© Scene uit de korte film “Hybris” van Arjan Brentjens (Nederland, 2014)
Synthetische biologie is een nieuwe wetenschappelijke discipline, waarbij onderzoekers biologische systemen (her-) ontwerpen. Daar valt inhoudelijk veel meer over te vertellen, maar het laatste dat De Vriend wil, is een ‘doodsaaie’ discussie over de voor- en nadelen van nieuwe biotechnologie. ‘Dat leidt alleen maar tot platte vragen en bekende stellingen over potentiële opbrengsten en gevaren. Kunst kan ons helpen om anders naar de mogelijkheden van technologie te kijken.’
Film
De Vriend, die vroeger veel projecten deed over de maatschappelijke gevolgen van biotechnologie, is uitgenodigd door Vitor Martins dos Santos, hoogleraar Systeem en Synthetische Biologie van de WUR om een festival te organiseren. Beiden kennen elkaar als filmliefhebber en films vormen dan ook de hoofdmoot van het programma. De Vriend programmeert twintig films uit het BioFiction-festival dat eerder in Wenen werd gehouden.
Een van de films die je kunt zien:
Schimmels
Een van de korte films is van een Oostenrijkse kunstenares die textiel maakt met schimmels. De schimmels reageren op vocht en temperatuur, waardoor de kleding zich aanpast aan de omgeving en die tegelijk zichtbaar maakt. De kunstenares werkt samen met de Wageningse microbiologen. De Vriend wil de films niet te veel uitleggen. ‘Je vraagt je dikwijls af: wat moet ik hiermee? Maar het blijft hangen en later krijgen de beelden betekenis.’ Zo komt er ook een documentaire over de Amerikaanse bio-kunstenaar Joe Davis die samenwerkt met technologen van het MIT en Harvard.
Medicijnen
De Deense onderzoeker Steen Rasmussen komt een lezing houden over synthetische biologie. Hij maakt protocollen over hoe je primitieve cellen kunt bouwen. De Vriend: ‘Je hebt twee manieren van synthetische biologie. Je hebt de top-downmethode, waarbij je bestaande cellen aanpast zodat ze complexe bewerkingen kunnen doen. Zo zijn er delen van metabole routes uit planten en dieren die je kunt inbouwen in bacteriën om op een efficiënte wijze nieuwe smaakstoffen, medicijnen of groene chemicaliën te maken.’ De tweede benadering is bottom-up. Daarbij worden nieuwe biologische systemen opgebouwd met bouwstenen. ‘Dat doet Rasmussen’, zegt de organisator. ‘Hij zegt dat we aan het begin van een revolutie zitten, nu we kennis combineren uit de genetica, bio-informatica, robotica en systeembiologie. Daarom, vindt hij, moeten we heel goed nadenken over de regelgeving en ethische vragen stellen.’
Ambivalentie
De Vriend wil daarbij de dodelijke nulvraag – wat vind je ervan? – vermijden. ‘Want met die vraag weet je dat je in de bekende belangenstrijd blijft hangen. Ervaar nu eerst eens aan de hand van film en kunst wat dit thema met je doet en ga aan de hand daarvan na welke waarden je belangrijk vindt. Dan kan iedereen zijn eigen uitkomst hebben, kun je je ambivalentie delen in de discussie en gedachten laten bewegen. Ik hoop dat de bezoekers door het festival geprikkeld worden om hun gedachten vrij te laten gaan over de vraag: ‘Stel, je kunt synthetische biologie gebruiken. Wat zou je er dan mee willen doen?’
SynCity, 5 en 6 oktober, Orion, programma
Studium Generale organiseert een vervolgprogramma in het kader van Wageningen Dialogues
Lees ook:
Synthetische biologie komende jaren in het vizier
Wageningen kan Synth City worden