WUR is, net als veel andere organisaties, afhankelijk van machtige datadiensten (zie kader), veelal Amerikaanse. Gezien de recente ontwikkelingen in de VS, zoals het eenzijdig ontbinden van de privacy-toezichthouder*, gaan er stemmen op om die afhankelijkheid te doorbreken. Maar dat vergt lef en middelen, zo stelden deelnemers aan een bijeenkomst vorige week in Impulse.
Tijdens de bijeenkomst – die was bedoeld voor alle medewerkers die zich bezighouden met informatievoorziening bij WUR, zoals die van de bibliotheek, IT en de afdeling Education and Student Affairs – bleek het overgrote deel van de aanwezigen bereid te zijn te investeren in trajecten die helpen afstappen van big tech als dat bijdraagt aan onafhankelijk onderwijs en onderzoek. Zij vertelden zich gevangen te voelen in de machtige armen van deze techreuzen en willen graag overstappen naar Europese of zelfs Nederlandse aanbieders. Het vraagt volgens hen lef en onder meer financiële middelen om over te stappen. En dat vraagt om keuzes op bestuurlijk niveau.
WUR-council
Ook de WUR Council sprak zijn zorgen uit. De recente lijst met politiek getinte vragen die WUR-onderzoekers ontvingen uit Amerika, was voor hen de aanleiding om afgelopen woensdag bij de raad van bestuur te peilen hoe die kijkt naar onze afhankelijkheid van Amerikaanse datadiensten, laat afgevaardigde uit de studentenraad Clemens Blom weten. ‘WUR beheert veel data, uit onderzoek maar ook gegevens van studenten. Het is tegenwoordig niet meer vanzelfsprekend dat alleen jij beschikt over je eigen data. Zo worden de data van Brightspace opgeslagen op Amerikaanse servers van Amazon. Betekent dat nu of straks dat de Amerikaanse overheid ook bij onze data kan? Wij wilden weten of het bestuur daarover heeft nagedacht en we zouden graag zien dat zij hierin een proactieve rol spelen.’
De raad van bestuur deelt de zorgen, zo werd duidelijk tijdens de bijeenkomst. Blom: ‘Maar zij zien het ook als een kwestie die Wageningen niet in zijn eentje kan oplossen. Ze trekken daarom samen op met andere universiteiten en met ict-coöperatie SURF.’ Blom: ‘Wij zullen de voortgang daarvan volgen.’
* Europese data die zijn opgeslagen op Amerikaanse servers kunnen niet zomaar voor Amerikaanse doeleinden gebruikt worden, is afgesproken in het EU-VS Data Privacy Framework. Een onafhankelijke toezichthouder controleert de naleving hiervan. Vlak na zijn inauguratie heeft Trump deze toezichthouder ontbonden waarmee de controle op de veiligheid van Europese persoonsgegevens op Amerikaanse servers is weggevallen.
Big tech bij WUR
Ook bij WUR gebruiken we veel internetdiensten van Amerikaanse techreuzen: Microsoft, waarmee je inlogt op WUR-computers en waarvan je dagelijks Office, Outlook en Teams gebruikt. Of Adobe, waarvan je de Acrobat Reader gebruikt om pdf’s te openen en bewerken en de Adobe-apps Photoshop, Illustrator of InDesign waarmee bijvoorbeeld de vormgevers van Resource werken. Ook Apple, Amazon, Google en Meta zijn zulke internetgiganten die een groot marktaandeel hebben en een grote omzet genereren. En veel data bezitten.
Doordat deze techreuzen vaak een totaalpakket aan digitale programma’s en diensten aanbieden, is hun aanbod de gemakkelijkste keuze. Met het geld dat zij daaraan verdienen, kunnen zij hun diensten verder verbeteren en kopen ze opkomende, kleinere spelers op. Dat maakt hun marktpositie almaar sterker; niet alleen commercieel, maar ook politiek. Tegelijkertijd raken afnemers van deze diensten steeds afhankelijker – hoe groter het bedrijf, hoe moeilijker de overstap naar een alternatief – en dat levert risico’s op.
Lef, inspanning en geld
Want door hun monopoliepositie bepalen aanbieders de voorwaarden voor afnemers. Tegelijkertijd beheren zij onze, ook persoonlijke en waardevolle data. Dat is problematisch wanneer onze publieke, persoonlijke en institutionele waarden, zoals autonomie, rechtvaardigheid en menselijkheid, niet meer overeenkomen met die van big tech. De techreuzen bepalen de digitale wereld waarin we leven – door te filteren wie welke informatie te zien krijgt en kunnen via lobbyen een stevige vinger in de pap krijgen bij de overheid. Bovendien kunnen onze data door hun toedoen in verkeerde handen vallen. Recente politieke ontwikkelingen, zoals de aanstelling van Donald Trump als president van Amerika door wiens toedoen bepaalde klimaatdatasets niet meer beschikbaar zijn, of de daardoor ontstane risico’s rondom privacy, leiden ertoe dat ook WUR moet nadenken: matchen onze publieke en persoonlijke waarden nog wel met de manier waarop big tech onze digitale omgeving beheert? En, zo nee: wat doen we daaraan?