WUR-student bij Brusselse landbouwbeleidsvorming

'De onderhandelingen gaan er soms vrij chaotisch aan toe.’
Tractor met protestbord voorop. Student Peter Meedendorp was een van de 29 sleutelfiguren die afgelopen jaar, tegen het decor van de overal in Europa oplaaiende boerenprotesten, werd gevraagd om mee te praten tijdens de door EU-voorzitter Ursula von der Leyen geïnitieerde ‘strategische dialoog over de toekomst van landbouw in de EU’. Foto Shutterstock

Het laatste deel van je masterthesis nog ‘in de maak’ hebben en ondertussen al in Brussel met EU-commissievoorzitter Ursula von der Leyen aan tafel zitten om het toekomstige Europese landbouwbeleid te helpen vormgeven. Er zijn maar weinig studenten die dat Peter Meedendorp nadoen. Hij vertelde erover tijdens een gastcollege voor het vak Agriculture, Food and Policy.

Binnen nu en vijftien jaar gaat de helft van alle Europese boeren met pensioen. Dat maakt jonge boeren heel belangrijk voor de EU. Het omgekeerde is ook waar: met z’n Europese gemeenschappelijke landbouwbeleid (GLB) en landbouwsubsidies is de EU heel belangrijk voor jonge boeren. Voor beide partijen staat er dus veel op het spel. Meedendorp weet er alles van: naast WUR-masterstudent en akkerbouwer is hij ook voorzitter van de Europese jongeboerenorganisatie CEJA.

In die laatste hoedanigheid behoorde hij tot het selecte gezelschap van 29 sleutelfiguren dat afgelopen jaar, tegen het decor van de overal in Europa oplaaiende boerenprotesten, werd gevraagd om mee te praten tijdens de door EU-voorzitter Ursula von der Leyen geïnitieerde ‘strategische dialoog over de toekomst van landbouw in de EU’. WUR-bestuursvoorzitter Sjoukje Heimovaara was een van de andere 29. Haar rol zat erop toen het eindrapport afgelopen september werd opgeleverd, maar als CEJA-voorzitter volgt Meedendorp de totstandkoming van het Brusselse landbouwbeleid nog steeds op de voet. Voortbouwend op de strategische dialoog presenteerde de Europese Commissie eind februari de visie op landbouw en voedsel voor 2040. Dat jonge boeren in die visie expliciet als focuspunt worden benoemd, is een mooi succes voor Meedendorp en CEJA. Nu moet dat ook tot uitdrukking komen in de verdere uitwerking van het nieuwe GLB, waarvan de details later dit jaar gedeeld worden. Reken maar dat Meedendorp dat proces nauwgezet volgt.

Gastcollege

Het feit dat hij én WUR-student is én opereert in het hart van de Brusselse landbouwbeleidsvorming, leverde Meedendorp een uitnodiging op van de leerstoelgroep Agrarische Economie en Plattelandsbeleid om een gastcollege te geven voor het vak Agriculture, Food and Policy. Want als iemand studenten inzicht kan geven in de dynamiek van Brusselse besluitvorming en belangenbehartiging, is hij het wel. Meedendorp gaf de studenten – niet alleen uit de EU, maar ook uit bijvoorbeeld Noorwegen, India, Canada en de Verenigde Staten – een fascinerend kijkje in de keuken van het Europese landbouwbeleid.

Hij schetste om te beginnen welke belangen er zoal op het spel staan voor jonge boeren. Zoals de beschikbaarheid van landbouwgrond – weliswaar meer een nationale dan een Europese kwestie, maar een belangrijke bottleneck gezien de vergrijzing van Europese boeren. Oudere boeren houden hun grond aan tot op zeer hoge leeftijd (70+, 80+), omdat het hun pensioenvoorziening is. En de weinige landbouwgrond die op de markt komt, wordt in toenemende mate opgekocht door institutionele beleggers: het is een waardevaste investering. Gevolg is dat het jonge boeren steeds meer moeite en geld kost om aan hun benodigde hectares te komen. En dat terwijl toegang tot kapitaal ook een notoir knelpunt is voor jonge boeren.

Sofa farmers

Die drempel is nog verder verhoogd door de strengere regels voor banken (Basel IV), die hogere liquiditeitseisen moeten hanteren om leningen te mogen verstrekken. ‘Maar ‘grondgebonden’ boeren hebben per definitie beperkte liquiditeit; hun geld zit in hun grond’, aldus Meedendorp. Daarnaast grijpen jonge boeren ook te vaak naast Europese landbouwsubsidies: ‘Veel subsidies zijn hectaregebonden. Dat geld komt deels terecht bij sofa farmers: bij boeren die hun land verpachten. Boeren die actief boeren, vissen daardoor soms achter het net.’

Als andere belangrijke aandachtspunten voor jonge boeren noemde hij onder meer kennis en vaardigheden (‘als jonge boer moet je een behoorlijke duizendpoot zijn, zeker met de toenemende wettelijke restricties’) en leefbaarheid van het platteland (‘als door schaalvergroting maar een paar boerenbedrijven achterblijven, zoals in Roemenië, dan biedt dat te weinig basis voor voorzieningen zoals winkels of scholen’). In de optiek van CEJA verdienen al die punten een plek in de Europese landbouwvisie en het Europese landbouwbeleid. Meedendorp heeft dus z’n uiterste best heeft gedaan om die eerst in het eindrapport van de strategische dialoog en nu in de landbouwvisie te krijgen.

Verlies incasseren

Maar geen enkele belangenbehartiger krijgt op alle punten z’n zin, ook Meedendorp niet. Hoe ga je daarmee om, wilden de studenten van hem weten: hoe bepaal je op welke punten je eventueel water bij de wijn wilt doen en welke niet-onderhandelbaar zijn, moet je weleens dingen verdedigen waar je persoonlijk eigenlijk niet achter staat (‘natuurlijk, dat is het spel van onderhandelen!’), hoe incasseer je verlies, hoe behoud je het mandaat van je achterban, hoe zit het met formele macht en informele macht?

Sommige plenaire sessies waren vooral theater- en therapiesessies, zeker als de emoties hoog opliepen

Meedendorp had een helder verhaal over de afwegingen achter de CEJA-schermen, maar over de dynamiek tijdens het onderhandelingsproces zei hij: ‘Je zou verwachten dat zulke onderhandelingen heel gestructureerd verlopen, maar in werkelijkheid gaat het er soms vrij chaotisch aan toe. Sommige plenaire sessies waren vooral theater- en therapiesessies, zeker als de emoties hoog opliepen.’ De wijze lessen die Meedendorp daarover meegaf aan de studenten: hou je hoofd koel, zorg dat je goed voeling houdt met je achterban, onderschat én overschat je gesprekspartners niet, ook al zijn ze soms ‘hooggeplaatst’, en bovenal: realiseer je dat de boodschap soms meer van invloed is dan de exacte inhoud . ‘Rapporten worden vaak niet van a tot z gelezen. Denk daarom na: wat wil ik dat blijft hangen? Het narratief is extreem belangrijk.’

Hoe democratisch is zo’n dialoog?
Meedendorp gaf ook een korte lezing voor geïnteresseerde studenten en medewerkers van Social Sciences. Tijdens het vragenrondje kwam een interessant punt ter sprake: zet beleidsvoorbereiding via zo’n strategische dialoog niet de normale democratische processen buitenspel? ‘Je geeft invloed weg aan vertegenwoordigers van lobbygroeperingen.’ Ook sommige Europarlementariërs hadden deze bedenking, reageerde Meedendorp. Zelf acht hij het niet zo problematisch. ‘De dialoog is er om contouren te schetsen, vanuit het maatschappelijk middenveld. Het daadwerkelijke beleid en de invulling ervan, alle onderliggende wet- en regelgeving, komt gewoon tot stand via de gebruikelijke democratische processen.’

Peter Meedendorp volgde aan de Rijksuniversiteit Groningen de bachelor Internationale Betrekkingen en doet momenteel de master Economics of Sustainability in Wageningen. Hij werd in juni 2023 gekozen tot voorzitter van de Europese Raad van Jonge Boeren (CEJA), nadat hij al sinds 2021 als bestuurslid was van de Nederlandse belangenvereniging voor jonge boeren (NAJK) en daarbij de internationale portefeuille onder zijn hoede had. Naast zijn studie en rol bij CEJA runt hij samen met zijn vader een akkerbouw- en loonbedrijf in het Groningse Onstwedde.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.