Stikstof-serie #3: ‘Hopelijk heeft de twijfelindustrie z’n langste tijd gehad’

'Het stikstofdossier wordt een gordiaanse knoop, terwijl dat helemaal niet had gehoeven.'
‘Er is nu nul incentive voor boeren om erop toe te zien dat zo’n emissie-arme vloer naar behoren werkt’, aldus Groenestein. Foto Shutterstock

Ook de Wageningse stikstof-experts keken ervan op toen minister Wiersma vorige maand liet weten dat het kabinet stopt met het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) dat de problemen met stikstof en waterkwaliteit moet aanpakken. Resource vroeg een aantal van hen naar de gevolgen voor hun vakgebied. In deze aflevering: Karin Groenestein, senior onderzoeker Veehouderij en Omgeving.

Volgens Groenestein heeft de streep door de gebiedsgerichte aanpak slechts beperkte impact op haar onderzoeksterrein. ‘Al is er nu wel hernieuwde aandacht voor brongerichte maatregelen en komen er weer nieuwe onderzoeksvragen naar hoe we de emissies uit stallen en mestopslagen kunnen reduceren.’

Hernieuwde belangstelling

Emissiearme stalvloeren leken uit de gratie nadat de Raad van State in 2022 oordeelde dat ze niet altijd grond vormen om boeren een natuurvergunning te verlenen. Maar de vloeren mogen zich verheugen in hernieuwde belangstelling. Want als de minister kiest voor doelsturing, mag een boer zelf bepalen hoe hij of zij de opgelegde emissiereductie bereikt. En dan komt zo’n stalvloer weer in beeld.

‘Ik denk dat dat wel de wens zal zijn, tenslotte zijn die vloeren overal geïnstalleerd’, reageert Groenestein. ‘Alleen hebben mijn collega’s en ik, op verzoek van het ministerie, onlangs nog vanuit een andere invalshoek beoordeeld of die systemen effectief zijn. En voor mest van rundvee hebben wij niet kunnen constateren dat die vloeren helpen om emissies te reduceren. Dat had het CBS eerder ook al geconcludeerd.’

Rooskleurig

Dat ligt niet aan de vloeren an sich, verduidelijkt Groenestein. ‘Als de stalvloer goed schoongehouden wordt, dan mag je ervan uitgaan dat er minder emissie ontstaat. In de praktijk blijkt dat dus anders.’ Zij zocht samen met haar collega’s uit waarom dat zo is. ‘In het hele systeem, van toepassing tot en met handhaving, bleken er dingen aan te wijzen waarvan je denkt: ah, daarom werkt het niet’, vertelt ze.

De stallenbouwers hebben hun stalsystemen destijds behoorlijk rooskleurig gepresenteerd

‘Het is heel makkelijk om naar de boer te wijzen. Maar momenteel is er nul incentive om erop toe te zien dat de vloer naar behoren werkt. Als een bedrijf eenmaal z’n natuurvergunning heeft gekregen, kraait er geen haan meer naar die vloer. De meeste boeren zijn heus te goeder trouw. Maar je kunt het ze niet kwalijk nemen dat ze geen prioriteit geven aan iets waarbij ze amper belang hebben. En waarschijnlijk weten veel boeren niet eens dat het best nauw luistert en wat daar allemaal bij komt kijken. De stallenbouwers hebben hun stalsystemen destijds behoorlijk rooskleurig gepresenteerd’, vertelt ze.

Gordiaanse knoop

Wat Groenestein vanuit haar vakgebied zorgelijk vindt, is het aanhoudende gebrek aan perspectief vanuit de politiek. ‘Het stikstofdossier wordt een gordiaanse knoop, terwijl dat helemaal niet had gehoeven. De boeren willen best bewegen, de meesten althans. Het frustreert me dat de twijfelindustrie de boel zo heeft kunnen vertragen dat er nog altijd geen oplossingen in zicht zijn. Het is jammer dat de politiek dat heeft laten gebeuren.’

Met ‘twijfelindustrie’ verwijst ze naar een recent NRC-artikel dat reconstrueerde hoe een Amerikaanse onderzoeker, samen met andere belangenwetenschappers, twijfel inzette om te voorkomen dat de Nederlandse overheid ingreep in het stikstofdossier. Kort daarna belichtte tv-programma Zembla hoe een Amerikaanse statisticus optrad als merchant of doubt bij de verlenging van de Europese toelating van glyfosaat.

Twijfelindustrie

‘Ik hoop dat de twijfelindustrie z’n langste tijd heeft gehad nu hun methodes zijn doorgeprikt. Wij kregen er ook mee te maken. We moesten bijvoorbeeld het NEMA-model, waarmee we de nationale emissie berekenen, extra internationaal laten reviewen omdat de twijfelindustrie zo hard roeptoeterde dat het model niet deugde. Terwijl we allang internationaal samenwerken om dit soort modellen te harmoniseren en te verbeteren. De review-conclusie luidde dan ook dat het model goed was. Een hoop gedoe om niets dus, maar ondertussen was de boel wel weer getraineerd. Want dat is de tactiek: twijfel zaaien en dan vertragen, vertragen, vertragen. En daar geld aan verdienen.’

Dat is de tactiek: twijfel zaaien en dan vertragen, vertragen, vertragen. En daar geld aan verdienen

‘Als onderzoeker word je behoorlijk moe van die framing: je werk deugt niet, je modellen kloppen niet. Van sommige mensen werd zelfs hun integriteit in twijfel getrokken, wat voor een onderzoeker heel pijnlijk is. Een aantal collega’s had daar echt last van. Terwijl wij geen onderzoek doen om er rijker van te worden; de bevindingen maken voor ons helemaal niets uit. De wetenschap moet het hebben van twijfel. Dat er partijen zijn die dat uitgangspunt willens en wetens misbruiken, vind ik lelijk. Zeker omdat er mensen door raken beschadigd.’

Stikstofserie
Deel #1 – ‘Ik vind dat de minister een riskante strategie volgt’ met Roel Jongeneel
Deel #2 – ‘Doelsturing maakt niet ineens een makkie van stikstofreductie’ met Edo Gies
Deel #3 – ‘Hopelijk heeft de twijfelindustrie z’n langste tijd gehad’ met Karin Groenestein
Deel #4 – ‘Ik verwacht dat de voer-optie opnieuw in the picture komt’ met Jan Dijkstra
Deel #5 – ‘Het geld is op, dus het moet slimmer’ met Gerard Migchels
Deel #6 – ‘Laten we met doelsturing beginnen via een niet al te complex systeem’ met Wim de Vries

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.