Fietsende international krijgt vaker ongeluk

Kans op een ongeval drie keer hoger dan bij Nederlandse studenten.
Foto Resource

Ze kunnen niet fietsen, ze slingeren en ze zijn een gevaar in het verkeer. Deze vooroordelen over het fietsgedrag van internationale studenten zijn tamelijk algemeen. En niet helemaal onterecht, zo blijkt uit onderzoek van TeamAlert, een stichting die het aantal verkeersdoden onder jongeren wil terugdringen. Voor internationale studenten is fietsen in het Nederlandse verkeer riskant.

TeamAlert ondervroeg 1500 Nederlandse en internationale studenten naar hun ervaringen op de fiets. Daarbij werd ingezoomd op de verschillen tussen beide groepen. En die verschillen zijn aanzienlijk. Liefst elf procent van de internationals had in de maand voor de enquête een ongeval met de fiets gehad. Dat is bijna drie keer vaker dan hun Nederlandse leeftijdsgenoten. Ruim een derde van de internationals had een bijna-ongeluk.

Fietsen is overigens ook voor geoefende Nederlandse studenten niet ongevaarlijk. Een kwart van hen had in de voorafgaande maand een bijna-ongeluk. Gezien het fietsgedrag van beide groepen studenten mag dat overigens geen wonder heten. De helft van de Nederlandse studenten gaf eerlijk aan de voorafgaande maand weleens door rood te hebben gefietst, bijna de helft reed in die periode wel eens zonder licht en meer dan de helft op de stoep.

Alcohol

Fietsen onder invloed van alcohol (twee derde) of drugs (iets minder dan de helft) gebeurde ook vaak. Een derde fietste wel eens spook en vrijwel iedereen fietste wel eens met muziek op. Internationale studenten doen qua risicogedrag nauwelijks onder voor hun Nederlandse collega’s, al stappen ze wel aanmerkelijk minder vaak beschonken op hun fiets.

Dat Nederlandse studenten ondanks hun gevaarlijke fietsstijl toch minder vaak brokken maken, komt volgens de onderzoekers door hun grotere vaardigheid op de fiets. Maar zes procent van de internationals die aan het onderzoek meedeed, fietste in het land van herkomst dagelijks. Nederlandse kinderen doen op de basisschool al een Nationaal Verkeersexamen. Een van de aanbevelingen uit de studie is dat internationale studenten, al of niet verplicht, ook iets dergelijks zouden moeten doen.

W’meet U

De onderzoekers bevelen ook fietslessen aan om de fietsvaardigheid te vergroten, de kennis van verkeersregels bij te spijkeren en risico’s beter in te leren schatten. WUR biedt die lessen al geruime tijd aan. Niet alleen in de AID, maar ook tijdens de W’ meet U days afgelopen augustus werd aandacht besteed aan fietsen in Nederland. Deze fietslessen, georganiseerd door Sportcentrum De Bongerd, vinden komende winter weer plaats.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.
  1. Waarom gaat dit artikel alleen over beleid voor de slachtoffers, en niet over beleid voor de daders? In de meeste gevallen worden fietsers – waaronder personeel en studenten – aangereden door een automobilist. Zie onderstaande kaart voor een optelsom van nieuwsberichten uit de afgelopen jaren:
    https://www.roaddanger.org/map?lat=52.00360413993204&lng=5.649021527671749&zoom=11.876519798506651&country=UN&period=all

    Natuurlijk moeten we goed leren fietsen, maar onze universiteit maakt in tegenstelling tot zijn eigen beleidsambities (reduceer autoverkeer) politieke keuzes die automobiliteit aanmoedigen (gratis parkeren, BeterBereikbaarWageningen, openstellen slagbomen bij Noordwest, aanmoedigingsweken voor fietsen waarvan we weten dat ze niet werken). Alles wat je aandacht geeft groeit en daardoor kunnen we dagelijks angst ervaren, ernstige vorm van geweld meemaken, of sterven op of onderweg naar de campus. Dat zijn geen ongelukken, maar consequenties van een optelsom aan politieke keuzes. Het is aan journalisten om zich niet te focussen op de slachtoffers, maar op de daders. En daar kritischer vragen te stellen over de politieke keuzes die onze bestuurders maken. En het zelf niet langer te hebben over ongelukken (oh wat een pech), maar crashes.

    1. Waarom heeft Wageningen (na de introductie van het woonerf) niet ‘s werelds eerste ‘Campuserf’ waar je veilig kunt filosoferen, dromen en flaneren? En waarom dromen we van reistijdwinst ipv dat je in het internationale Wageningen op de straten (de ruimtes tussen gebouwen) de vrijheid krijgt om nog een beetje te mogen slingeren en te leren fietsen. Dat is ook goed voor alle Wageningse kinderen bovendien.