Soorten tellen is iets voor vroege vogels. Bioloog Patrick Jansen legde zijn eerste waarneming (een stormmeeuw) al even na half zeven vanochtend vast. Tegen de tijd dat de Wageningen Biodiversity Challenge rond lunchtijd officieel van start ging, stond zijn teller al op 175 soorten. Vooral vliegen, zegt hij. Hij kamde er het Dassenbosje op de campus grondig voor uit. Die stormmeeuw werd overigens elders op de campus gespot.
De Bioblitz duurt dit jaar twee maanden in plaats van zes weken. Daar zijn volgens organisator Mieke de Wit goede redenen voor. ‘We doen deze Challenge met achttien andere universiteiten in de life sciences in Europa. Die willen we allemaal de tijd geven om in het groeiseizoen en tijdens het semester te tellen. Dat loopt niet overal synchroon met ons. Daarom is de Bioblitz nu ook eerder dan voorgaande jaren.’
Stad
Nieuw dit jaar is dat WUR nadrukkelijk de stad bij het evenement betrekt. Vorig jaar gebeurde dat met een publieksdag in Omnia. Nu doet de stad een maand lang (22 mei tot 22 juni) mee met een eigen Bioblitz. Op 25 mei staat de Grote Kerk op de Markt met infostands en excursies in het teken van dit evenement. De soorten in de stad tellen uiteraard niet mee voor de wedstrijd tussen universiteiten.
Excursies
Ook op de campus zijn er komende maanden (de Challenge eindigt op vrijdag 28 juni) weer diverse excursies. Die bieden de kans om onder begeleiding van experts vleermuizen, amfibieën, vogels, bestuivers, vlinders, libellen, wespen of wormen te spotten. Ook de microscopisch kleine dieren komen aan bod. Ook nieuw is een excursie naar heemtuin Creative Garden op het terrein van De Hoge Born aan de Bornstesteeg.
Vorig jaar stopte de teller op 1375 unieke soorten. Dat was ruim meer dan het gestelde doel van duizend soorten. De teller staat op het moment van publicatie op 238 soorten, waaronder al zeven zeldzame soorten.
