Het is alweer twee jaar geleden dat Pim Boute promoveerde bij de leerstoelgroep Experimentele Zoölogie. Ook speelt zijn wetenschappelijke bestaan zich inmiddels niet meer af bij WUR, maar bij de RUG. Toch is er reden om even met hem te bellen. Aanleiding: publicatie van zijn conclusies over pulsvissen in het wetenschappelijke tijdschrift Frontiers in Marine Science.
Het was toch al bekend dat het Europese pulsvisserijverbod amper wetenschappelijke onderbouwing heeft?
‘Klopt. Tegenstanders, met name de Franse visserij, beweerden dat pulsvisserij funest is voor het ecologisch systeem, omdat de elektrische pulsjes organismen zouden wegjagen of juist aanlokken. ‘Alle leven is uit de zee verdwenen waar een pulsvisser aan het werk is geweest’, luidde de kritiek. Maar wetenschappelijke bevindingen lieten steeds zien dat pulsvisserij minder negatieve effecten heeft dan de conventionele boomkorvisserij met kettingen. Toenmalig visserijminister Schouten heeft dat destijds ook ingebracht bij het Europese Hof.’ (Tevergeefs, zie kader).
Ook Boutes bevindingen, die nu peer reviewed en inmiddels gepubliceerd zijn, pleiten niet voor een verbod?
Boute stelde vast dat vissen tot hooguit 80 centimeter van de elektroden een gedragsrespons laten zien op het elektrische veld – in de visserij een afstand waarop de vissen toch al vaak in het sleepnet zitten. Daarbij zag hij geen afwijkende gevoeligheid bij de hondshaai en de stekelrog, vissoorten die beschikken over elektroreceptoren, de zogeheten ampullen van Lorenzini. Ook bij andere mariene organismen vond hij nauwelijks negatieve effecten van de elektrische pulsen. Zo bleken verschillende vissoorten ongevoelig voor interne verwondingen door de elektrische stimulatie – afgezien van kabeljauw, al acht Boute het effect op populatieniveau verwaarloosbaar. Ongewervelden die op de zeebodem leven, zoals zeesterren en zeemuizen, lieten überhaupt amper een reactie zien op de stroompulsjes.
Dus pulsvisserij is niet schadelijk?
Dat is een te ruime interpretatie. Boute vond geen bewijs dat de vangstmethode schadelijk is voor het mariene systeem, maar dan gaat het puur om het directe effect van het elektrische veld van pulsvissen op mariene organismen. Dat betekent niet dat de methode wel degelijk schade kan aanrichten, bijvoorbeeld door (lokale) overbevissing of door te pulsvissen in gebieden die eerder ongestoord bleven. Maar dat geldt voor iedere vangstmethode.
Wat is de betekenis van deze publicatie voor de visserij?
Het leidde niet tot een stortvloed aan reacties uit de sector, vertelt Boute. ‘De visserij heeft veel nieuwe, actuele zorgen: hoge brandstofprijzen, stikstof, uitdijende offshore windparken, sanering van de vloot. De pijn van het pulsvisserijverbod is denk ik wat naar de achtergrond verdwenen.’ Hij hoopt dat Europa de aversie tegen de vangstmethode ooit kan loslaten. ‘Pulsvisserij verdient een herkansing, zeker omdat er nog mogelijkheden liggen om de vangsttechniek verder te verbeteren en verfijnen.’
Meer over Boutes promotie-onderzoek in dit eerdere Resource-artikel.
Voorgeschiedenis
Pulsvissen is een vorm van visserij waarbij de vis (met tong als doelsoort) met elektrische pulsen een sleepnet wordt ingedreven. De Europese ontheffing ervoor (eigenlijk was de methode verboden), werd in 2019 ingetrokken, na verzet van met name de Franse visserij. Nederland stapte daarop naar het Europese Hof, met het verweer dat het besluit wetenschappelijke onderbouwing miste en dat de voordelen (minder bodemberoering, minder bijvangst, lager brandstofverbruik) onvoldoende waren meegewogen. Het Hof bepaalde echter dat de wetgever een ruime beoordelingsbevoegdheid heeft en zich niet per se op wetenschappelijk advies hoeft te baseren. Sinds 2021 is pulsvissen definitief niet meer toegestaan en dat betekende een grote klap voor de Nederlandse visserij, die fors had geïnvesteerd in de overstap naar deze vangstmethode.