Een mislukte proef, een afgewezen artikel: in de wetenschap wordt het al gauw bestempeld als falen. En erover praten? Dacht het niet. In deze rubriek doen collega’s dat wel. Want falen is nuttig. Dit keer John van der Oost, hoogleraar Microbiologie.
‘Wetenschappelijk onderzoek begint met een idee en de zoektocht naar financiering om dat idee te testen. Ongeveer acht jaar geleden had ik een idee voor een CRISPR-Cas-project. Ik deed een aanvraag voor de ERC Advanced Grant, maar die werd afgewezen. Net als met eerdere afwijzingen, voelde ik me een paar dagen chagrijnig. Ik gaf mezelf de tijd om van dat vervelende gevoel af te komen, haalde diep adem en bekeek mijn voorstel met een frisse blik. Toen kon ik eraan afzien dat het een haastklus was geweest. Toch geloofde ik nog steeds in mijn plan.
Een jaar later sloot ik me drie weken op in huis en begon opnieuw. Hoe kon ik het beter doen? Een groot project bestaat uit deelonderwerpen die logisch op elkaar aansluiten.
Als afgewezen aanvrager is het belangrijk niet de schuld bij de commissie te leggen
In mijn oorspronkelijk voorstel was dat niet het geval; de onderdelen hingen als los zand aan elkaar. Ditmaal verbond ik ze beter. De strategie lichtte ik duidelijker toe en ik werkte uit wat we zouden doen als bepaalde stappen anders zouden uitpakken dan verwacht. Ook stroomlijnde ik het geheel beter en nam ik meer tijd om illustraties te maken. Na in totaal vier weken van herschrijven diende ik mijn herziene voorstel in en dit keer werd mijn idee wel beloond met de beurs.
Die ervaring was een waardevolle les. Het klinkt als een open deur, maar als je de tijd neemt voor zo’n voorstel, komt het beter tot zijn recht. Op die manier kan het idee rijpen en het biedt ruimte om te sparren met collega’s. Natuurlijk blijven beursaanvragen uitdagend en daarin falen kan heel frustrerend zijn. Maar als afgewezen aanvrager is het belangrijk om niet de schuld bij de commissie te leggen door te denken ‘zij begrepen het niet’. Juist dan moet je de verantwoordelijkheid bij jezelf leggen en het voorstel duidelijker en logischer formuleren en – indien mogelijk – eerste resultaten laten zien.’