Alle schimmels verzamelen!

Citizen Science moet resistentie van Aspergillus fumigatus in kaart brengen.
Een schimmelval vangt op een plakstrip sporen uit de lucht. Foto Bo Briggeman

Aspergillus fumigatus is een gevaarlijke schimmel. Als je er vatbaar voor bent, tenminste. Jaarlijks sterven in ons land naar schatting 200 mensen aan een infectie met die schimmel. Dat gevaar neemt toe doordat een deel van de schimmel resistentie heeft opgebouwd tegen azolen, het meest gebruikte middel tegen schimmels. Onderzoekers van WUR gaan met het project Schimmelradar die resistentie in kaart brengen.

Aspergillus fumigatus komt overal in de lucht voor, zegt Eveline Snelders. Zij doet al 15 jaar onderzoek naar deze schimmel. ‘We ademen ‘m elke dag in. Voor gezonde mensen is dat niet schadelijk, maar mensen met een verminderde afweer lopen bij inademing wel een risico. De meest dodelijke vorm van infectie is invasieve aspergillose, schimmelgroei in de longen die zich uit kan breiden naar andere delen van het lichaam.

Wereldwijd

Azolen kunnen de schimmel remmen. Maar daar heeft het organisme wat op gevonden. In 2007 werd de eerste resistente variant van de schimmel ontdekt, die zich vervolgens snel wereldwijd heeft verspreid. Snelders promoveerde in 2012 in Nijmegen op onderzoek naar het mechanisme achter die resistentie. Verder onderzoek legde in de jaren daarna ook de oorzaak van die resistentie vast: het grootschalige gebruik van azolen in de landbouw.

De val van binnen. De tent-vorm houdt de regen buiten. Foto Bo Briggeman

Aspergillus fumigatus doet het vooral goed in warme, dampende composthopen van landbouwafval’, legt Snelders uit. ‘En daar zit ook residu van gebruikte azolen bij. Feitelijk wordt in zo’n hoop dan op resistentie geselecteerd. De afgelopen tien jaar heeft ons geleerd dat de ontwikkeling van resistentie vanuit de landbouw komt. Van daaruit heeft die resistentie zich verspreid. Deze studie wil dat in kaart brengen.’

En daarvoor wordt dus een beroep gedaan op de burger. Die kunnen helpen door een schimmelval te zetten. Eigenlijk is het een verbouwde insectenval, zegt Snelders. In de val zitten drie plakstrips, waar passerende sporen op blijven plakken. Het verzoek is die val vier weken in de buitenlucht rond het huis op te hangen en vervolgens de plakstrips terug te sturen. Snelders: ‘Wij kweken die kolonies dan verder op en onderzoeken ze op resistentie.’

Van die schimmelsporen op de plakstrip zie je niks. ‘Je ziet de kolonies pas als we ze hebben opgekweekt’, zegt Snelders. ‘Maar we hebben het uitvoerig getest: op zo’n strip zitten zeker 100-150 kolonies van deze schimmel. We gebruiken een heel selectief kweekmedium, zodat niet allerlei andere bacteriën en schimmels mee gaan groeien.’

Op zo’n strip zitten zeker 100-150 kolonies van deze schimmel.

Eveline Snelders, Laboratorium voor Erfelijkheidsleer

Naast de spreiding van de resistentie over Nederland, wil Snelders ook de verschillende mutaties in kaart brengen. ‘Bij patiënten in ziekenhuizen vinden we 10-20 procent resistentie. In de lucht meten we 4 procent, maar op sommige hotspots bijna 100 procent. Maar is dat overal zo? En zijn er bronnen aan te wijzen die voor resistentie zorgen? Daar zijn we nieuwsgierig naar.’

300 vallen

Snelders en haar promovendi Bo Briggeman en Hylke Kortenbosch van de leerstoelgroep Erfelijkheidsleer hebben, verspreid over het land, zo’n 300 vallen te vergeven. De aanmelding is afgelopen weekeinde gestart. Rond 22 september krijgen de geselecteerde deelnemers bericht, waarna de pakketten worden verstuurd. In oktober kan de meting dan van start. De deelname is kosteloos. Aan het onderzoek van WUR werkt ook het RIVM mee.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.