Het project Food for Mars and Moon, onder leiding van ecoloog en exobioloog Wieger Wamelink, onderzoekt hoe we voedsel kunnen kweken op Mars en de maan. Tot nu toe ging dat alleen over gewassen, in de veronderstelling dat Marsbewoners vegetarisch gaan eten. Tot masterstudent Food Quality Management Lotte Bohlander met het idee kwam meelwormen in te zetten.
Die meelwormen kunnen de reststromen van de marslandbouw verwerken, en zijn te gebruiken als hoogwaardige eiwitbron voor de mens op Mars. Woensdag start het onderzoek naar de meelwormen en hun marsdieet.
Bohlander, die eerder stage liep bij Albert Heijn en zich daar bezighield met vleesvervangers, kwam bij het Marsonderzoek terecht toen zij ‘NASA WUR’ googelde: ‘Ik vind voedselinnovatie leuk. Ik dacht: vers voedsel op Mars, dat is gaaf, maar het ontbreekt nog aan goede eiwitten. De meelwormen zijn een dierlijk eiwit met een heel kleine voetafdruk. Kleiner dan koeien of varkens.’
Marsdieet
In dit project kijken de onderzoekers hoe goed meelwormen groeien op de reststromen van groenten die verbouwd zijn in marsgrond. Eerst moet dan een goed marsdieet worden samengesteld, zegt Bohlander. ‘We hebben al een pilot gedaan om te kijken of de meelwormen een aards dieet van reststromen lekker vinden. Ze krijgen dan reststromen van mais, bladgroentes, aardappelschillen, wortel, basilicum… Gelukkig kunnen ze er op overleven. Ze vielen wel wat af in gewicht. Dus is er een betere mix samengesteld, zodat ze weer wat aankomen.’
Niet alleen de meelworm, maar ook de mens heeft een goed marsdieet nodig. Bohlander: ‘Een astronaut moet heel veel krachttraining doen, daar zijn veel eiwitten voor nodig. Een dierlijk eiwit is makkelijker af te breken en op te nemen door een mens. Ook een marsbewoner moet voldoende eiwitten binnenkrijgen. De hoogwaardige eiwitten van meelwormen passen goed in het mars-plaatje: goede kwaliteit en in te zetten in de verwerking van reststromen.’
Gesloten systeem
Projectleider Wamelink ziet in de meelworm een kans om een gesloten ruimtelandbouwsysteem te creëren: ‘In zo’n ruimtelandbouwproject begin je met niks. Linksom of rechtsom moet je organisch materiaal zien af te breken zodat het mest kan worden. Dat kun je doen met regenwormen, maar dat kan ook met meelwormen. Die zijn heel efficiënt en we kunnen dit dier zelf ook eten.’
Het onderzoek valt onder de paraplu van ‘de ruimte’ maar is ook van belang voor toepassingen op aarde. Voor de producent van de meelwormen (Ynsect) bijvoorbeeld. Bohlander: ‘Bij Ynsect krijgen de larven een hoogwaardige voedingsmix, maar die kan verspilling opleveren. Als wij er nu achter komen dat die meelwormen ook prima deels van reststromen kunnen leven, is dat voor hen heel waardevolle informatie.’
Het spijt me maar ik kan niet anders dan MARS projecten een koloniaal soort perversie vinden hebben. Het idee van ‘innovatie’ ‘vooruitgang’ door over de grenzen van onze planeet elders de boel op stelten te gaan zetten. Laten we eerst eens zorgen voor onze eigen planeet. In plaats van zoveel tijd en geld en energie te besteden aan dit soort projecten. Leuk voor de wetenschappelijke nieuwsgierigheid. Maar ground control first zou ik zeggen. Dus ja helemaal voor dit soort projecten, tov van onze duurzaamheids uitdagingen, dus niet uitproberen ‘onder de paraplu van de ruimte’ maar ‘onder onze paraplu van de aarde’ .