Dat het vertrek van Peter Feindt en Noelle Aarts in 2017 een leegte zou achterlaten bij Strategische Communicatie, was wel verwacht. Maar niet dat die zó lang zou aanhouden. Sinds juli heeft de groep eindelijk weer een leerstoelhouder. En hij kwam niet alleen. ‘We doen dit op basis van gelijkwaardigheid.’
Vier jaar en tien maanden om precies te zijn zat de leerstoel zonder leerstoelhouder. ‘Best heftig’, beaamt Sanne Kruikemeier, sinds april hoogleraar Digital Media & Society. In haar allereerste vergadering met de leerstoelgroep maakte ze mee hoe na vijf jaar eindelijk het agendapunt ‘wie wordt de nieuwe chair?’ afgevinkt kon worden. Die nieuwe leerstoelhouder kent ze goed; aan de UvA werkte ze jarenlang nauw met hem samen: Rens Vliegenthart. Hij startte drie maanden na haar, maar hun Wageningse overstap was echt een gezamenlijke.
Van nee naar misschien
Resource is natuurlijk benieuwd hoe die dubbel-transfer in z’n werk ging: wie wilde niet zonder wie, was WUR er meteen voor te porren, hoe loopt zo’n procedure, wat nou als de een wel en de ander niet…? Vliegenthart grinnikt om de vragen. ‘Er ging best wat aan vooraf’, erkent hij. Tot drie keer toe was hij lid van de benoemingsadviescommissie voor de leerstoel, maar steeds kwam het niet tot een benoeming. ‘Ik schijn toen grappend te hebben geroepen dat ik zelf wel zou komen als er na tien jaar nog steeds niemand was’, vertelt hij.
Toch reageerde hij aanvankelijk met ‘nee’ toen hij vorige zomer serieus werd gepolst. ‘Totdat WUR me vroeg of er een context denkbaar was waarin een overstap wél aantrekkelijk zou zijn. Ik heb toen Sanne geappt. Ik had WUR al eerder op haar geattendeerd, als een top- communicatiewetenschapper die WUR absoluut moet hebben. Zo ontvouwde zich het idee om met z’n tweeën de overstap te maken.’
Alleen samen is deze overstap een succes
Een gelopen race was dat niet. Vliegenthart: ‘Onze inschatting was dat een overstap alleen een succes zou worden als we er voldoende man/vrouwpower achter konden zetten; als we het samen konden doen, op basis van gelijkwaardigheid – dus allebei als hoogleraar.’ Maar Kruikemeier was dat nog niet. ‘Daarom heb ik eerst het hele traject tot persoonlijk hoogleraar doorlopen’, vertelt ze. Vliegenthart haakt in: ‘De dag nadat duidelijk was dat het Sanne ging lukken – en WUR haar sowieso vroeg te komen, ongeacht mijn komst – had ik mijn eerste sollicitatiegesprek.’ En zo werd WUR in één klap twee hoogleraren rijker: een leerstoelhouder en een vrouwelijke hoogleraar. ‘Al had ik er ook echt niet mee gezeten als Sanne chair was geworden’, aldus Vliegenthart.
Wageningse thematiek
De glans van de overstap zit ‘m grotendeels in de Wageningse context, vertellen ze. Kruikemeier: ‘Ik doe veel onderzoek naar politieke communicatie in het digitale domein; sociale en andere online media. Daarin zie je steeds vaker Wageningse onderwerpen terugkomen: klimaatverandering, de stikstofcrisis, vleesconsumptie – noem maar op. Als diehard communicatiewetenschapper vind ik het superspannend om vanuit een communicatieperspectief die veelal gepolitiseerde thema’s te onderzoeken. Maatschappelijk gezien doet het er echt toe.’
Ook Vliegenthart heeft veel met de Wageningse thematiek. ‘Altijd al gehad’, reageert hij. ‘Als middelbare scholier heb ik zelfs de voorlichtingsdag Levensmiddelentechnologie nog bezocht. Het werd uiteindelijk politicologie en sociaal-culturele wetenschappen aan de VU, maar de interesse was er en is altijd gebleven.’
En voor Vliegenthart woog nóg iets mee om toch een werkplek in de Leeuwenborch te overwegen. ‘Ik stond op een soort kruispunt in mijn leven: begin veertig, opgeklommen tot onderzoeksdirecteur van een grote onderzoeksschool in Amsterdam (de Amsterdam School of Communication Research alias ASCoR, red.). Mooi, maar daardoor met steeds minder tijd voor onderzoek en onderwijs. Hoe nu verder? Een aantal andere universiteiten polsten me, maar steeds dacht ik: nah. Ik wilde graag iets inhoudelijks doen én iets nieuws bouwen. Hier kan dat.’
Grote thema’s
Die voorliefde komt mooi uit, want Kruikemeier en Vliegenthart komen niet in een gespreid bedje terecht. Het laat nou eenmaal sporen na als een groep bijna vijf jaar leerstoelhouderloos is. ‘Dat is waar, maar het is de groep knap gelukt om ‘de winkel open te houden’: er vindt hier uitstekend communicatieonderzoek plaats’, reageert Vliegenthart. De groep legde zich tot voor kort vooral toe op interpersoonlijke communicatievormen zoals dialogen.
De aansluiting met mainstream communicatiewetenschap kan sterker, erkent hij. ‘Communicatie is de laatste jaren zó complex geworden – tussen de media, het publiek, de politiek. In de leerstoel is het mediaperspectief nog vrij onderbelicht, terwijl Sanne en ik dat eigenlijk standaard meenemen in onze benadering van onderzoek en onderwijs’, aldus de leerstoelhouder. Hij verduidelijkt: ‘Het gaat om grote, ingrijpende veranderingen in hoe mensen hun informatie consumeren. Ik hou van het onderzoeken van die grote politieke en maatschappelijke thema’s.’
Die grote thema’s spreken ook studenten aan? ‘Dat zou je wel denken, hè?’, antwoordt hij. ‘Toch is de bachelor Communication & Life Sciences, met twintig eerstejaars, de kleinste van Wageningen. Dat is een van de dingen die de rector ons heeft meegegeven: het mag wel ietsje groter. Die ambitie is er wel, ja.’ Kruikemeier: ‘Voor ons onderwijs zijn ‘de grote vragen’ heel belangrijk. Je moet onderwijs betekenisvol maken. Dat enthousiasmeert studenten ook.’
Polarisatie en politisering
Wat betreft de onderzoeksagenda: Kruikemeier heeft een sterk profiel als onderzoeker van online politieke campagnes, plus de invloed van fake news daarop. Ze onderzoekt bijvoorbeeld of online targeting tot meetbare effecten leidt en of die merkbare democratische impact kunnen hebben (spoiler alert: dat lijkt er wel op, politieke advertenties kunnen stemgedrag beïnvloeden). In Wageningen gaat ze daarmee door, samen met een aantal PhD’ers.
Daarnaast staan er allerlei nieuwe dingen op stapel, zoals twee binnenkort startende PhD-projecten rond typisch Wageningse thema’s: een over polarisatie rond klimaatverandering en een over de politisering van wetenschapscommunicatie. ‘Denk aan vragen zoals: hoe breng je informatie nou precies naar het publiek, hoe maken derden zoals rechts-populistische politieke partijen daar een eigen narratief van, wat voor gevolgen heeft dat – denk ook aan de haat tegenover wetenschappers, journalisten en politici – en welke oplossingen zijn daarvoor te vinden?’, legt ze uit. ‘Ik merk dat de life sciences nadrukkelijker naar houvast zoeken hierover. Kijk maar naar het stikstofdebat, waar bijvoorbeeld stikstofmaatstaven in twijfel worden getrokken en vraagtekens geplaatst bij de geloofwaardigheid en integriteit van wetenschappers. Er is grote behoefte aan meer inzicht in hoe zo’n publiek debat nou precies verloopt.’
Er is grote behoefte aan meer inzicht in hoe zo’n publiek debat verloopt
‘We hebben gewoon heel veel onderzoeksambities’, vult Vliegenthart aan. ‘We willen dingen uitzoeken, en uitzoeken hoe je dit soort vragen eigenlijk uitzoekt – want methodologisch kent communicatiewetenschap best veel uitdagingen. Misschien moeten we die methodologische innovatie ook duidelijk markeren. Zodat Strategische Communicatie straks niet alleen te boek staat als een groep die relevant onderzoek doet en die de complexiteit van communicatie begrijpt, maar ook als een groep die daar allerlei goede methoden voor gebruikt.’
Hebben de nieuwe hoogleraren ook al mínder leuke kanten van Wageningen gezien? Vliegenthart denkt even na en antwoordt dan vrij gedecideerd. ‘Dat het hier vrij patriarchaal is, man-gedomineerd, vind ik best wel een ding. Jij benoemde net dat het mooi is dat WUR er met Sanne weer een vrouwelijke hoogleraar bij heeft. Maar bij de gesprekken over onze benoemingen had ik nou niet de indruk dat dat meewoog – terwijl er een complete onbalans is, en zelfs bij Social Sciences Group, een terrein waarop bij andere universiteiten de genderbalans toch snel aan het rechttrekken is. In mijn optiek heeft WUR nog wel stappen te zetten. Maar verder heb ik nog geen dingen gezien waar ik me grote zorgen over maak.’
Kruikemeier: ‘Mij valt vooral op dat mensen ontzettend vriendelijk zijn. Studenten zeggen dat ook. Als ze een tijdje elders studeren, zijn ze blij dat ze weer terug zijn. Het groene nest geeft een warm gevoel.’
Sanne Kruikemeier (1985)
Is: hoogleraar Digitale Media en Maatschappij.
En onder andere ook: board member van GVR/Slagzinnenregister
Was voordien: universitair hoofddocent in Political Communication and Journalism (UvA).
Verdieping: op sannekruikemeier.wordpress.com meer over haar onderzoek.
Rens Vliegenthart (1980)
Is: hoogleraar en leerstoelhouder Strategische Communicatie.
En onder meer ook: redacteur bij populair-wetenschappelijk blog StukRoodVlees.
Was voordien: hoogleraar Media en Samenleving en wetenschappelijk directeur bij de Amsterdam School of Communication Research (ASCoR, UvA). En voorzitter van De Jonge Akademie (2016 tot 2018).