Imke de Boer reist van dier naar plant

Boek over de overstap naar veganistisch leven
Foto Maurits Giesen

Persoonlijk hoogleraar Dier en Duurzame Voedselsystemen Imke de Boer wil veganist worden. Over die omwenteling schreef ze een boek: Past het dier nog op ons bord?

Om maar meteen met een spoiler te beginnen: het antwoord is ‘nee’. Dat wil zeggen, het antwoord van Imke de Boer is ‘nee’. ‘Maar het is een ethische keuze,’ voegt ze eraan toe, ‘en ik kan die keuze niet voor anderen maken. Ik hoop wel dat mensen die dit boek lezen over die keuze gaan nadenken.’ Die opzet lijkt geslaagd. De eerste druk van het boek, 750 exemplaren, is al uitverkocht. ‘En daar ben ik trots op.’

In het boek beschrijft De Boer haar toenemende persoonlijke worsteling met de intensieve veehouderij. Die begon al tijdens haar studie Zoötechniek in Wageningen in de jaren ‘80. ‘Ik wilde eigenlijk dierenarts worden, maar werd uitgeloot voor diergeneeskunde. Zoötechniek was in die tijd het standaard alternatief. In de loop van mijn studie kreeg ik een unheimisch gevoel bij de nadruk die er (toentertijd) lag op productieverhoging.’ Ze stopte dat gevoel weg en maakte de studie af. Sterker nog, er volgde een promotietraject bij Fokkerij en Genetica over het klonen van embryo’s voor nog hogere productie.

‘Ik heb er een hele leuke tijd gehad’, wil De Boer graag kwijt. ‘Maar tijdens het promotietraject dacht ik meer en meer: wat ben ik nou eigenlijk aan het doen? Wat is het doel hiervan? Na mijn promotie heb ik vervolgens de keuze gemaakt om over te stappen naar de leerstoelgroep Dierlijke Productiesystemen, een nieuwe groep die zich bezig ging houden met de duurzaamheid van veehouderij. Daar vond ik de holistisch visie die ik zocht en werden kritische vragen gesteld ten aanzien van het eten van dierlijk voedsel.’

Toch duurde het nog dertig jaar voor het hoge woord eruit was: ik wil veganist worden. Waarom nu pas?

‘Zoiets groeit in de tijd. Het is een langzaam proces geweest. Ik ben opgegroeid in een omgeving waar vlees werd gegeten. Wel of geen vlees eten was bij ons thuis geen vraag. Sterker nog: ik moest goed eten omdat ik op niveau hockeyede – ik heb zelfs nog Jong Oranje gehaald. Vegetariër ben ik overigens al langere tijd. Geen vlees eten is helemaal niet moeilijk. Maar de stap naar veganisme vind ik hartstikke moeilijk. Je moet je maaltijden helemaal anders samenstellen. En ik ben niet alleen op de wereld. Je vraagt met zo’n keuze ook nogal wat van de ander. Ik ben ook nog geen veganist, maar ik hoop wel dat ik er dichtbij kom.’

Wat geeft voor jou de doorslag om veganist te willen zijn?

‘Het ethische aspect. Mogen wij dieren houden, hun belangen en behoeften bepalen en uiteindelijk doden om ze op te eten? Dat vind ik voor mezelf in toenemende mate moeilijk te verantwoorden. Dat aspect kleeft natuurlijk ook aan de zuivel- en eierketen. De productie van melk is onlosmakelijk verbonden met die van vlees. Dus geen vlees eten, maar wel zuivel en eieren, is in mijn hoofd schizofreen. Daarom vind ik dat ik veganist moet worden.’

Een kwart van de Nederlanders vindt dieren gelijkwaardig aan mensen. Slechts anderhalf procent is veganist. Hoe kan dat?

‘Het is een soort cognitieve dissonantie: je vindt het dier gelijkwaardig, maar toch eet je het op. Dat heb ik ook jarenlang gedaan, ook al voelde het niet helemaal okay. Je kunt zeggen: wat suf dat je die keuze nu pas maakt. Je kunt het ook omdraaien: wat eerlijk dat je het zegt. Ik denk dat ik niet de enige ben die met deze dingen worstelt. En niet iedereen hoeft van mij veganist te worden. Als we allemaal eens ietsje minder dierlijke producten eten, kunnen we al enorme stappen maken richting een duurzame toekomst.’

Je pleit voor veganisme als norm. Dus vlees als uitzondering?

‘Ik pleit ervoor dat de voedselomgeving wordt veranderd. Het moet makkelijker worden om de plantaardige, duurzame keuze te maken. Als je nu ergens bent waar een lunch wordt aangeboden, moet je aangeven of je vegetarisch of veganistisch bent. Dat zou andersom moeten zijn. Het is goed dat wij als groene universiteit daarin het voortouw nemen: een groot en lekker plantaardig aanbod.’

Imke de Boer
Past het dier nog op ons bord?
Uitgeverij Noordboek
19,90 euro

Veel WUR-onderzoek betreft nog steeds productieverhoging: de grenzen van het dier worden steeds verder opgezocht en opgerekt. Moet WUR ook nadenken of het dier nog op het bord past?

Ik zou het geweldig vinden als het boek ertoe leidt dat we daar met elkaar over gaan praten. Waarden en normen veranderen continu. Wat betekent dit voor de opleiding dierwetenschappen, voor het onderwijs en het onderzoek? Als je vindt dat mensen en dieren gelijkwaardig zijn, wat betekent dat dan voor dierwetenschappen? Wat vindt de jonge generatie die hier komt studeren daarvan? Wat voor soort onderzoek vinden wij verantwoord en wat niet? Waar staan wij voor? Ik zie onderzoek waarvan ik denk: dit moet je niet meer doen. Ik vind het belangrijk dat we daar in elk geval over nadenken. En dat gebeurt nu niet voldoende.’

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.