Foto Guy Ackermans ‘Ik ben nog aan het glimmen’, zegt hoogleraar Liesje Mommer. ‘Het was zooo leuk! Er was zoveel plezier. Zoveel verbazing. Het was de hele tijd een ontdekkingstocht.’ Die opgetogenheid betreft de Bioblitz van de soortenrijdom op de campus, die vrijdagmiddag en zaterdag plaatsvond. Ruim tweehonderd studenten en medewerkers deden aan het evenement mee.
Mommer is intiatiefnemer van het Wageningen Biodiversity Initiative (WBI), een bundeling van Wageningse kennis en kunde om de afnemende biodiversiteit te stoppen. De inventarisatie van de eigen soortenrijkdom op de campus is de eerste grote actie van het WBI. Het zwaartepunt van die inventarisatie was dit weekeinde, maar de telling gaat nog door tot eind deze week.
Duizend
Doel is om duizend soorten te spotten. Een mooi rond getal, dat publicitair goed scoort. Of dat wordt gehaald is de vraag. De teller staat vanmorgen iets voor negen uur op 655 soorten. Dat is minder dan de 753 soorten die vorig jaar in coronatijd al eens bij elkaar werden gespot door alleen deskundigen. Een publieksactie was destijds niet mogelijk.
Wat er zoal op de campus rondwaart aan soorten is te zien op de waarneming.nl. Op de bekende landelijke site heeft WUR een pagina, waar alle waarnemingen netjes gerangschikt zijn terug te vinden. Planten vormen met 55 procent de belangrijkste groep, voor vogels (9 procent), vliegen (8 procent) en bijen, wespen en mieren (5 procent).
Het mooiste is de verbinding en connectie tussen ervaren stafleden, aoi’s en studenten
Liesje Mommer, hoogleraar en initiatiefnemer Wageningen Biodiversity Initiative
Onder aan het lijstje staan de reptielen, waarvan er precies eentje is waargenomen: de pad. Ook zoogdieren zijn ondervertegenwoordigd met alleen eekhoorn, bosmuis, haas en konijn. Bij de vondsten zijn ook zeldzame soorten als het groot geaderd witje (vlinder), de rouwende gouden tor (insect) en de viltvlieg Cliorismia ardea, die geen Nederlandse naam heeft.
Verwondering
Dat die duizend soorten mogelijk niet worden gehaald, is volgens Mommer geen ramp. ‘Het mooiste van het evenement is de verbinding en connectie tussen ervaren stafleden, aio’s en studenten. De verwondering over hoe mooi de campus is. Dat ’s zaterdagochtend om zes uur twintig mensen bij elkaar komen om vogels te gaan kijken.’
Het is de bedoeling om van de Bioblitz een jaarlijks evenement te maken. Aan rector Arthur Mol zal het niet liggen. Hij verbaasde zich bij de opening op vrijdagmiddag erover dat zo’n evenement op de campus al niet veel eerder was opgezet. Bedenker Casper Quist (docent Biosystematiek) opperde er zelfs een wedstrijdje tussen universiteiten van te maken.
