Medio april leek WUR nog af te stevenen op tien procent minder Nederlandse BSc-vooraanmeldingen dan vorig jaar, maar dankzij een eindsprintje lag het niveau op peildatum 1 mei weer bijna gelijk aan 2021.
Met een stand van -3 procent ten opzichte van vorig jaar doet WUR het niet heel veel beter of slechter dan de meeste andere universiteiten, blijkt uit gegevens van DUO. Het gemiddelde staat op -1,6 procent, met duidelijke uitschieters naar boven (Radboud Universiteit: +14 procent) en naar beneden (Universiteit Twente: -21 procent).
Teamleider Studentenvoorlichting & Werving Renske van Dijk is ‘redelijk tevreden’ over de stand van de Wageningse vooraanmeldingen. ‘Met die lichte daling staan we natuurlijk niet waar we willen staan, zeker omdat de vooraanmeldingen vorig jaar ook al lager lagen dan het jaar ervoor. Maar samen met de opleidingen hebben we gedaan wat we kunnen om de studiekiezers in staat te stellen de juiste keuze te maken. En we zijn er nog niet: 1 mei is een belangrijke peildatum, maar studiekiezers kunnen zich de hele zomer nog aanmelden.
Meer twijfel
Het verschil met vorig jaar kan nog overbrugd worden. In absolute zin staat de -3 procent van 1 mei namelijk maar voor vijftig studiekiezers. En in veel gevallen moet de échte studiekeuze nog plaatsvinden: studiekiezers hebben zich vaak voor meerdere studies aangemeld. Landelijk gaat het om 63.000 unieke studiekiezers, die zich per 1 mei voor in totaal 104.000 opleidingen hebben aangemeld. Die gemiddeld 1,65 studie per persoon ligt iets hoger dan gebruikelijk. ‘Daaruit maak ik op dat de studiekiezers dit jaar wat meer twijfelen over hun definitieve studiekeuze’, aldus Van Dijk. En mogelijk nemen dit jaar meer VWO’ers dan gebruikelijk een tussenjaar, nu reizen weer kan en er een belangrijke verandering qua studiefinanciering aankomt.
Studiekiezers twijfelen dit jaar meer over hun definitieve studiekeuze
Teamleider Studentenvoorlichting & Werving Renske van Dijk
Bij de bacheloropleidingen vormen internationale aanmeldingen, in tegenstelling tot de masterstudies, slechts een klein deel van de instroom. Dat valt te verklaren doordat WUR slechts zes Engelstalige bacheloropleidingen kent. De internationale belangstelling daarvoor groeit wel. Bij de EU-studiekiezers groeit WUR ongeveer mee met de markt, van 192 naar 207 aanmeldingen (+8 procent). Net als Nederlanders kunnen EU-studiekiezers zich de hele zomer nog aanmelden.
De aanmeldtermijn voor BSc-eerstejaars van buiten de EU is al wel gesloten. Landelijk gezien groeide deze categorie met 17 procent. WUR zit daar met 43 procent ruim boven. In absolute zin gaat het om een toename van 198 naar 283 aanmelders. Het valt te betwijfelen of die ook echt allemaal naar Wageningen komen. Volgens Van Dijk leert de ervaring dat juist deze categorie een vrij grote kloof kent tussen het aantal aanmeldingen en het aantal daadwerkelijke eerstejaars.
Stijgers en dalers
Voor het totaalplaatje zocht Van Dijk ook uit welke studies de grootste schommelingen kennen qua Nederlandse vooraanmeldingen. Duidelijk in de lift zitten Tourism (+110 procent), Communicatie en Life Sciences (+43 procent) en Economie en Beleid (+39 procent) – waarbij Van Dijk kanttekent dat Tourism in coronatijd juist erg impopulair was, en dat de groei in absolute aantallen wel meevalt: van 11 naar 23 studiekiezers. De grootste dalers qua vooraanmeldingen zijn Environmental Sciences (-33 procent ; wel flink meer internationale interesse), Moleculaire Levenswetenschappen -23 procent) en Soil, Water, Atmosphere (-22 procent).