De supermarkten verkopen vanaf 2023 geen plofkip meer. Boeren kunnen nu onderhandelen met supermarkten en slachterijen over een meerprijs voor Beter Leven-kip.
Pluimveedeskundige Peter van Horne van WUR denkt dat de plofkip-campagne van Wakker Dier zal leiden tot een snelle en succesvolle voedseltransitie naar welzijnsvriendelijk kippenvlees. Nu de Nederlandse supermarkten vanaf 2023 geen vlees van snelgroeiende kippenrassen meer verkopen, kunnen Nederlandse consumenten straks alleen nog maar Beter Leven-vlees kopen. Dat zal leiden tot een omvangrijke transitie van de kippensector, denkt Van Horne.
Meerkosten
Van Horne deed onderzoek naar de kosten, opbrengsten en inkomens van pluimveehouders die reguliere kuikens, langzamer groeiende vleeskuikens en biologische kip produceren. Hij kwam tot de conclusie dat in 2017 alle pluimveehouders ongeveer hetzelfde inkomen haalden. De boeren die het supermarktconcept Kip van Morgen en Beter Leven-kip (1 ster) produceerden en daardoor meerkosten maakten, werden voldoende gecompenseerd met een hogere opbrengstprijs van de slachterijen. De Kip van Morgen (het supermarktenkeurmerk) heeft een 20 procent hogere kostprijs en het Beter Leven-keurmerk met 1 ster zelfs 44 procent ten opzichte van de plofkip. De belangrijkste oorzaken van de extra kosten: er zitten minder kippen per vierkante meter in de stal, Beter Leven-kippen hebben een overdekte uitloop en de voerkosten per kilo kip zijn hoger.
Gesprekken
Vorig jaar was van de in Nederland gehouden kuikens circa 30 procent langzaam groeiende kuikens (supermarktconcepten) en 5 procent scharrelkuikens (Beter Leven, 1 ster). De overige 65 procent was plofkip met als afzet de export, foodservice en verwerkende industrie. Van Horne verwacht dat bijna alle pluimveehouders die nu kippenvlees onder het minder strenge keurmerk Kip van Morgen produceren, vanaf 2023 Beter Leven-kip gaan leveren. ‘Die gesprekken zijn nu gaande. De slachterijen moeten de boeren overtuigen dat ze met Beter Leven-kippen straks een goede boterham kunnen verdienen.’
Coronacrisis
Van Horne verwacht dat de slachterijen ook boeren benaderen die nu nog reguliere kippen voor de export produceren. Deze pluimveehouders hebben het afgelopen jaar slecht geboerd door de coronacrisis en het wegvallen van veel export, dus die hebben mogelijk ook interesse om over te schakelen naar het Beter Leven-keurmerk met vaste opbrengstprijzen. Hij verwacht dat in 2023 45 tot 50 procent van de Nederlandse vleeskippen onder het welzijnskeurmerk wordt gehouden. ‘Dat betekent een enorm snelle transitie naar diervriendelijker vlees.’
In veel landen leggen de supermarkten reguliere kip en langzaam groeiende kip met een keurmerk naast elkaar in de schappen. ‘Daar zie je dat het marktaandeel van het keurmerk beperkt blijft tot 5 à 10 procent. In de Nederlandse situatie, waarbij de consument geen keuze heeft, wordt dat 100 procent. Als supermarkten de regie nemen, kan een transitie snel gaan.’
12 euro per kilo
Het einde van de plofkip in de supermarkt betekent wel dat consumenten meer voor kippenvlees gaan betalen. Een gangbare kip kostte in het verleden vaak 6 euro per kilo, de Kip van Morgen ligt nu voor circa 8 euro in de winkel en de Beter Leven-kip kost 11 tot 12 euro per kilo. Het is nog niet bekend voor welke prijs de supermarkten de Beter Leven-kip straks gaan aanbieden.
De omslag naar Beter Leven heeft nog een interessant effect, verwacht Van Horne: de veestapel zal kleiner worden. ‘De Beter Leven-kippen hebben 40 procent meer ruimte dan de gangbare kippen, dus boeren die omschakelen naar Beter Leven moeten het aantal kippen in de stallen met 40 procent terugbrengen. Op de meeste plaatsen krijgen boeren geen vergunning meer om stallen bij te bouwen om deze afname in aantallen op te vangen. Daarom denk ik dat het aantal vleeskippen in Nederland de komende jaren met 10 tot 20 procent daalt. Niet door overheidsbeleid, maar door het besluit van de supermarkten – de markt gaat dit regelen.’