Michielsen vergeleek de effecten van twee verschillende energierestrictie-diëten die bedoeld zijn om mensen af te laten vallen. De diëten waren verschillend in kwaliteit, het hoog kwalitatief dieet bevatte meer voedingsstoffen waarvan bekend is dat ze een positief effect hebben op de gezondheid. Beide diëten bevatten echter evenveel calorieën. Michielsen: ‘Je zou verwachten dat mensen in beiden groepen evenveel af zouden vallen. Maar dat bleek niet het geval: ‘Het hoogkwalitatief dieet resulteerde in meer gewichtsverlies (8.5 versus 6.2 kilogram gemiddeld). Een deel van dat verschil konden de onderzoekers verklaren. ‘Maar er bleef 1.2 kilo over die we niet konden verklaren’, vertelt Michielsen. ‘Blijkbaar gaat dus niet elk pondje door het mondje en spelen andere factoren een rol.’
MicroRNA
Om dat verder te onderzoeken nam Michielsen een stukje vetweefsel af en onderzocht honderden verschillende processen. Daarbij vond ze wat interessants. ‘We zagen dat de kwaliteit van het dieet en gewichtsverlies effect hadden op de expressie van verschillende soorten microRNA’s in het vetweefsel.’ MicroRNA’s zijn kleine stukjes afgelezen DNA die processen in het lichaam beïnvloeden. Sommige microRNA’s kwamen meer tot expressie, andere juist minder, en sommige veranderden juist alleen bij het hoog- of het laag kwaliteitsdieet.
Het doel is uiteindelijk dat we objectief meten wat iemand binnenkrijgt, zonder vragenlijsten
Charlotte Michielsen, Humane Voeding
‘Afwijkingen in de aanwezigheid of expressie van microRNA’s worden in verband gebracht met bepaalde soorten kanker en hart- en vaatziekten’, vertelt Michielsen. ‘In voedingsonderzoek is dit echter een nieuw veld.’ Of de MicroRNA’s ook een verklaring zijn voor de gevonden verschillen tussen hoe mensen op een dieet reageren, kan Michielsen nog niet zeggen. Daarvoor is nog te weinig bekend over deze microRNA’s.
‘De effecten van voeding op de gezondheid worden bij traditioneel voedingsonderzoek met name afgemeten aan de hand van een beperkt aantal biomarkers, denk aan cholesterolgehalte of bloeddruk’, vertelt Michielsen. ‘Het laaghangend fruit is op dat gebied inmiddels wel geplukt en we zoeken naar nieuwe biomarkers. We hopen aan de hand van verandering in expressie van microRNA’s de effecten van voeding op het lichaam te meten.’
Objectief inname meten
Naast het meten van effect van voeding, zocht Michielsen ook naar biomarkers die geschikt zouden zijn om de inname van bepaalde voedingsstoffen te meten. Ze vond een aantal veelbelovende kandidaten, onder andere voor de inname van drop, maar die moeten verder onderzocht worden voordat ze in de praktijk kunnen worden toegepast. ‘Het doel is uiteindelijk dat we hiermee objectief meten wat iemand binnenkrijgt, zonder vragenlijsten, en dat koppelen aan bepaalde gezondheidseffecten. Dit leidt dan hopelijk ook tot minder conflicterende resultaten, wat het vertrouwen in het voedingsonderzoek kan verhogen.’
In een vervolgonderzoek duikt Michielsen dieper in verschillende biomarkers en gaat ze samen met onderzoekers van Food & Biobased Research (FBR) en Agrotechnology & Food Sciences Group (AFSG) een algoritme ontwikkelen dat uiteindelijk moet uitmonden in een app die, rekening houdend met duizenden factoren, een persoonsgebonden voedingsadvies geeft.
Charlotte Michielsen promoveert vrijdag 22 januari bij Humane Voeding en Gezondheid.