Foto Shutterstock Dat ontdekte promovendus Jasmina Ruger van Business Management & Organisation. Ruger onderzoekt met behulp van Sociaal Netwerk Analyse hoe ideeën over gezondheid zich online verspreiden.
Ze bestudeerde afgelopen maand ruim 50.000 tweets en retweets over het coronavaccin en ze bekeek daarbij de verschillen tussen tweets van mensen die voor of tegen vaccinatie zijn. ‘We zagen dat anti-vaccinatieberichten veel vaker worden geretweet’, zegt Ruger. ‘Het aantal twitteraars is lager in deze groep, maar het is een kleine kerngroep die heel actief retweet. En daardoor bereiken ze evenveel mensen als de grote groep van pro-vaccinatieberichten.’
Ruger ontdekte ook dat anti-vaxxers vaak oudere informatie retweeten: ‘Ze zijn met name op zoek naar berichten die hun idee bevestigen. Omdat ze intensiever retweeten, verspreiden deze berichten zich als een lopend vuurtje, ook naar andere groepen die niet per se tegen vaccinatie zijn maar die hier mogelijk wel door beïnvloed worden.’
Emotie
Ruger zag ook dat het sentiment en de stijl van communicatie verschilde. ‘Pro-vaxxers gebruiken met name feiten en wetenschappelijke informatie. Anti-vaxxers richten zich meer op de emotie.’ Dat is volgens haar ook van belang in de communicatie. ‘Je kunt niet met feiten aankomen als iemand vertelt dat zijn kind ernstig ziek is geworden na vaccinatie.’
Pro-vaxxers gebruiken met name feiten. Anti-vaxxers richten zich meer op de emotie
Jasmina Ruger, promovendus bij Business Management & Organisation
De overheid zou deze kennis kunnen gebruiken bij voorlichtingscampagnes, denkt Ruger. ‘Je moet rekening houden met deze emoties. Als je mensen alleen confronteert met de feiten en ze wegzet als dom en onwetend, wakker je het wantrouwen dat binnen de groep bestaat richting de overheid verder aan.’
Een klein deel van de Nederlandse bevolking wil niet gevaccineerd worden. Ruger: ‘Ik denk niet dat je deze groep gaat overtuigen. Maar tussen wel of niet vaccineren ligt een groot grijs gebied met een glijdende schaal van mensen die de ene of de andere kant op kunnen gaan. Iedere groep heeft zijn eigen twijfels, dus de boodschap zal ook afgestemd moeten worden op de groep om hun zorgen weg te nemen. We hopen dat als onze analyse is afgerond, we meer inzicht hebben in hoe die verschillende subgroepen het best bereikt worden.’