Tekst: Katrin Heidemeyer
Een sandwich-PhD is voor internationale studenten vaak de enige mogelijkheid om onderzoeker te worden. Maar de prijs die ze ervoor betalen is hoog. De contractvoorwaarden zijn ongunstig en de druk is hoog. ‘De Graduate School had me geholpen, als ik geweten had dat ik daar terecht kon.’
Op dit moment werken 2082 promovendi aan hun proefschrift bij WUR. Van deze groep bestaat een kwart uit zogenaamde sandwich-PhD’ers. Dit zijn meestal studenten uit ontwikkelingslanden die voor het eerste en laatste deel van hun PhD naar Wageningen komen en het leeuwendeel van hun onderzoek in hun land van oorsprong uitvoeren.
Deze aanpak geeft instituten de mogelijkheid om kennis over te dragen en betekent voor studenten een betere opleiding en betere baankansen, soms zelf de enige manier om onderzoeker te worden. Maar er is niet zelden een keerzijde: het loon is lager, de arbeidsovereenkomsten vallen niet onder een CAO en de druk is hoger dan bij normale promotietrajecten.
‘Academische slavernij’, noemde microbioloog en onderzoeker Mark Zwart van het NIOO-KNAW dit in 2019 in een ingezonden brief in Resource. Volgens Zwart komt een sandwich-PhD vaak voort uit een bestaande arbeidsovereenkomst in het thuisland, waar de PhD’er zijn onderzoek uitvoert. ‘Vaak met meer verantwoordelijkheid, een hogere werklast en een lager loon dan vóór het starten van het promotietraject’. Volgens Zwart werken sommige getalenteerde onderzoekers onder erbarmelijke omstandigheden.
Beter dan niets
Daniel Marjani (echte naam bekend bij Resource) ontwikkelt computermodellen voor plantenveredeling in Ethiopië. De eerste negen maanden van zijn PhD werkte hij in Wageningen aan zijn voorstel en volgde hij onderwijs. Aanvankelijk wilde hij zijn gehele promotietraject in Wageningen doorlopen, maar hij kreeg niet de baan waarop hij hoopte. ‘De hoogleraar bood mij toen een sandwich-PhD aan. Vervolgens kwam ik te werken met de person die wél de positie had gekregen waarop ik gesolliciteerd had, en daarmee ook het hogere loon en de voordelen van een CAO.’
Ik zou dit alleen aanbevelen aan mensen die op geen andere manier onderzoek kunnen doen
Tijdens zijn verblijf in Wageningen stak Marjani veel tijd in het schrijven van zijn Opleidings- en Begeleidingsplan. Alle promovendi moeten in totaal 30 ECTS binnenslepen door middel van het volgen van vakken of het bijwonen van congressen. Marjani: ‘Ik vond het lastig om zicht te krijgen op mijn verplichtingen en om vakken te vinden die ik tijdens mijn aanwezigheid in Wageningen kon volgen. Ik kwam er pas later achter dat mijn Graduate School mij had kunnen helpen, als ik geweten had dat ik daar om kon vragen. Nu, in Ethiopië, doet Marjani niet alleen onderzoek, maar heeft daarnaast nog andere taken, zodat zijn werklast verder stijgt. ‘Ik vind het nog steeds een goede opleiding en mijn begeleiders zijn geweldig. Maar de omstandigheden zouden gunstiger moeten zijn, en het schema flexibeler.’
Ondersteuning
Mahsina Syeda Akter, een sandwich-PhD’er Voeding en Gezondheid uit Bangladesh, is te spreken over de sandwich-PhD in Wageningen. Akter is moeder van twee kinderen en bracht het eerste half jaar van haar studie door in Wageningen. Tegen de tijd dat ze hier aankwam, had ze haar Opleidings- en Begeleidingsplan al uitgewerkt, met dank aan de hulp van haar begeleider. ‘Hierdoor had ik tijd om vakken te volgen en mijn onderzoeksvoorstel te schrijven, eveneens met uitstekende begeleiding’. Voor haar was het vooral moeilijk om haar kinderen niet te zien. ‘Dit was een offer dat ik bereid was te brengen, aangezien ik geen financiële ondersteuning kon vinden voor een volledige PhD.’ Akter is enthousiast over de mogelijkheden en vindt dat ze beter begeleid wordt dan aan andere universiteiten het geval zou zijn geweest.
De ervaring hangt nauw samen met het soort contract dat de PhD’ers ondertekenen
‘In het algemeen hangt het heel erg af van de overeenkomst die de promovendus tekent’, zegt Frennie van Straalen, PhD Programma Manager bij WUR. Slechts een handjevol promovendi hebben een contract met WUR. De meesten ontvangen hun vergoeding vanuit externe bureaus, waarbij de voorwaarden sterk uiteenlopen. ‘De extreemste gevallen zijn die waarbij mensen ongezonde werkomstandigheden hebben en geen directe begeleider buiten WUR’, aldus Van Stralen. ‘Deze promovendi voelen zich vaak verloren in hun werk. Ze hebben alleen hun WUR-begeleider waarmee ze kunnen schakelen als ze in het buitenland zijn, en die zijn veelal niet op de hoogte van de plaatselijke omstandigheden en kunnen daarom weinig doen. Ik vind dat WUR een verantwoordelijkheid heeft in het creëren van gezonde omstandigheden voor sandwich-PhD studenten’, zegt Van Straalen. Om dit voor elkaar te krijgen heeft de Social Sciences Group een verbindingsofficier aangesteld die toekomstige kandidaten helpt met het begrijpen en uitonderhandelen van de contractvoorwaarden.
Gelijk
Een ander belangrijk aspect is de ‘relatie tussen de begeleider bij WUR en andere instellingen’, zegt Claudius van de Vijver, hoofd PhD Programma bij de Graduate School Production Ecology and Resource Conservation. ‘Een goede samenwerking ontstaat als begeleiders al eens eerder met elkaar hebben samengewerkt. Hier heeft de promovendus voordeel van, omdat de begeleiders dan een gezamenlijk beeld hebben van waar de focus van het onderzoek zou moeten liggen en wat men kan verwachten. Als begeleiders elkaar niet kennen of slecht communiceren, kunnen promovendi te maken krijgen met tegengestelde opdrachten of belangen en een te hoge werklast’, zegt Van de Vijver.
Marjani en Akter keren straks terug naar Wageningen om hun data-analyse af te maken en hun proefschrift te schrijven. Beiden hopen dat er in de toekomst meer online vakken komen voor sandwich-PhD’ers, zoals die nu worden aangeboden vanwege de coronapandemie. ‘Hierdoor zou ik evenveel tijd hebben voor mijn opleiding als normale promovendi’, zegt Marjani. Akter: ‘Voor onze opleiding zou dat een geweldige kans bieden op een gedegen opleiding en betere carrièremogelijkheden. Maar goede begeleiding is van groot belang.’