Op een tafeltje bij de entree van Atlas staat een doos blauwe enveloppen met zaadjes basilicum. Versturen naar een vriend of kennis graag. Het is een cadeautje om de miljoenste deelnemer aan een MOOC te vieren. Een miljoen studenten in slechts vijf jaar tijd. Op de keper beschouwd zijn die zaadjes dus niet nodig. De massive open online course heeft al wortel geschoten.
Sterker nog, de MOOC-organisatie van WUR heeft zijn nut de afgelopen coronatijd dubbel en dwars bewezen, legt directeur Open & Online Education Ulrike Wild met gepaste trots uit. ‘De docenten hebben enorm geprofiteerd van de kennis die we de afgelopen vijf jaar hebben ontwikkeld. Wij weten hoe online onderwijs werkt, we hebben een studio, we hebben de mensen en de organisatie. Toen van de ene op de andere dag plotseling alles online moest, hoefden we niet na te denken over hoe dat moest. Wij wisten wat quick-and-dirty werkte en hoe het beter kon.’
En dat komt, zegt Wild, omdat we op tijd zijn ingestapt toen de MOOC-trein voorbij kwam. Die eer komt voormalig rector Martin Kropff toe. Kropff zat, zo wil het verhaal, in het vliegtuig naast iemand die op zijn iPad een cursus volgde. Het bleek een MOOC. Hij zag meteen de mogelijkheden en bracht het fenomeen naar Wageningen. De toen net aangestelde Wild ging ermee aan de slag.
Nu, vijf jaar later, is WUR op het Amerikaanse MOOC-platform EdX met 43 cursussen één van de grotere spelers. Binnen dat WUR-segment speelt voeding met zeven cursussen een dominante rol. En de onbetwiste Koning MOOC is hoogleraar Sander Kersten (Voeding, Metabolisme en Genomics). Zijn Macronutrients and Overnutrition is alleen al goed voor een vijfde van alle inschrijvingen. En dat terwijl Kersten vijf jaar geleden nog nooit van MOOC’s had gehoord. ‘Ik hoorde dat Kropff er iets mee wilde doen. Ik heb het toen opgezocht en het was liefde op het eerste gezicht. Ik was juist op zoek naar een manier om met onze kennis naar buiten te treden en een breder publiek te bereiken. Mijn voorganger was een twitteraar, maar dat is niks voor mij. Dit voelde meteen goed.’
Scheel
Kersten kan smakelijk vertellen over het pionierswerk dat volgde. ‘Het was allemaal heel amateuristisch. Op het gebied van beeld was hier helemaal geen kennis. Hoe je iets opneemt, hoe je je voor een camera moet gedragen. We hadden bijvoorbeeld geen autocue in de studio op De Dreijen. Iemand hield een laptop naast de camera en scrolde door de teksten. Dat zag er op scherm niet uit; je keek hartstikke scheel. Na een paar opnames hingen we de laptop ónder de camera. Dat voldeed wel. Een jaar later kwam er een camera met autocue. Stap voor stap is dat geprofessionaliseerd. Niet alleen de techniek, maar ook de instructie van de docenten.’
Kersten stapte op de MOOC-trein om zijn kennis buiten de ivoren toren van de universiteit uit te dragen. Maar dat is niet het enige. ‘Een deel van mijn motivatie om een MOOC te maken, was dat ik het materiaal ook zou kunnen benutten om mijn onderwijs op de campus op een hoger niveau te brengen. Het is een nieuwe manier van lesmateriaal aanbieden. Het traditionele beeld is dat studenten naar college komen en braaf hun huiswerk doen. De werkelijkheid is dat maar de helft naar college komt en minder dan de helft daarvan zijn huiswerk doet. Voor die groep thuisblijvers is online handig, want dan kunnen ze colleges volgen waar ze willen. Ik bedien dus een groep studenten die niet in het traditionele beeld passen. Aan de andere kant zijn de traditionele collegelopers niet per se blij met wat ze nu online aangeboden krijgen. Dat is wat ik geleerd heb toen ik deze cursus inzette voor mijn reguliere onderwijs. Ik geef daarom nu weer meer regulier naast online.’
Het begin was heel amateuristisch
Innovatie van het reguliere onderwijs op de campus, is volgens Wild zeker een van de doeleinden die met MOOC’s wordt nagestreefd. ‘Steeds meer docenten komen naar ons toe als ze iets nieuws willen proberen. Binnen het onderwijssysteem van WUR is het niet zo makkelijk om een nieuw vak te ontwikkelen. En een MOOC is een prima manier om mee te beginnen. Een mooi voorbeeld is de cursus Drones for Agriculture. Dan is zo’n MOOC er eenmaal en zegt iemand: kunnen we dat niet ook op de campus doen?’
In zekere zin is het bijvangst. Het echte innovatieve van MOOC’s zit ‘m in het bereik. ‘MOOC’s hebben de mogelijkheid geboden cursussen toegankelijk te maken, op een manier die er voorheen niet was’, zegt Wild. ‘Onderwijs was altijd aan tijd en locatie gebonden. Dat is online niet meer. Het is bovendien schaalbaar. Het maakt niet meer uit hoeveel deelnemers er zijn. Ik zeg altijd dat de universiteiten met MOOC’s extramuraal zijn gegaan.’
MOOC’s maken geboden cursussen toegankelijk op een manier die er voorheen niet was
Ander publiek
‘Daarbuiten zijn veel mensen die interesse hebben in een bepaald onderwerp, maar niet noodzakelijk een graad willen of kunnen halen’, vervolgt ze. ‘Die mogelijkheid om kennis te verspreiden, spreekt bij de docenten heel erg tot de verbeelding. Dat is een enorme ontwikkeling, waar we op tijd zijn ingestapt.’ Kersten beaamt dat. ‘Het feit dat je een groep mensen bedient, die we met het reguliere onderwijs totaal niet bedienen, dat voelt heel goed. Mensen met een andere achtergrond, met andere inzichten. Er zit echt van alles tussen. Het geeft mij voldoening dat je iemand anders aanspreekt dan de homogene groep schoolverlaters die we in het algemeen aantreffen bij de opleiding Humane Voeding en Gezondheid. Zeg maar: de blonde meisjes met paardenstaart.’Het wereldwijde bereik heeft volgens Wild ook toenemende invloed op de wereld van professional learning. ‘Er komen steeds meer online mogelijkheden voor bij-, om-, en nascholing. Uitstekende universiteiten hebben daar uitstekende cursussen voor. Daardoor zijn formats als professional certificates ontstaan, diploma’s die waarde hebben. Animal Breeding and Genetics is een mooi voorbeeld. Dat is een echte niche voor de industrie die dat afneemt.’
WUR heeft vijf van die professional certificates op EdX. Aan die certificaten hangt overigens wel een prijskaartje. Ook dat is een trend, zegt Wild. MOOC’s zijn in principe nog steeds toegankelijk en gratis. Maar die insteek verschuift. ‘Er zit steeds meer een verdienmodel achter. Een deel is open en gratis, en dan komt de paywall. Vergeet niet, er zit heel veel werk in het maken van een MOOC. Een deel daarvan kun je terugverdienen.’Sterker nog, volgens Wild nadert WUR al aardig het punt dat MOOC’s zichzelf terugverdienen. Gemiddeld tenminste. ‘Sommigen verdienen veel, anderen nauwelijks. Het heeft te maken met de niche waarin je opereert. Terugverdienen is overigens lastig vast te stellen. De bijdrage van MOOC’s aan de innovatie van het onderwijs op de campus bijvoorbeeld, is moeilijk in geld uit te drukken.’ Kersten verdient aan zijn MOOC’s. Let wel, niet persoonlijk. ‘Het afgelopen jaar hebben we afgesproken alle inkomsten van de voedings-MOOC’s op een hoop te gooien. Daar hebben we iemand van aangesteld die de cursussen vernieuwt. Dat is tijdrovend werk, waar docenten de tijd niet voor hebben.’ Naast bij- of nascholing met losse cursussen kunnen via EdX ook micro-masters en -bachelors worden gevolgd. WUR heeft vier micro-masters in de etalage. ‘Delen van de hele opleiding, met een academische waarde, want je kunt er credits mee verdienen’ zegt Wild.
Open onderwijs
‘Eigenlijk’, zegt Wild, ‘vind ik MOOC’s als fenomeen niet meer zo interessant. Het totale open onderwijs en wat het ons brengt, is veel interessanter. Daar voorzie ik grote veranderingen. De blik op onze doelgroepen is veranderd. Het draait niet meer alleen om de student op de campus, maar ook om professionals in bijvoorbeeld Bangladesh. Het is geweldig dat we de instrumenten en methodieken hebben om die te bereiken.’ Ook op de campus heeft dat gevolgen. ‘Wij zijn allemaal grootgebracht in klassen, waar iemand voor staat die vertelt hoe het zit. Dat noem ik de postkoets. Maar het onderwijs ontwikkelt zich naar een Tesla. Studenten de collegebanken in jagen is niet de beste methode. Door corona zie je dat veel dingen anders worden ingericht. Kleinschaliger, omdat we niet meer met zijn allen in de grote zalen kunnen. Met veel meer inzet van digitaal en online, waardoor ruimte vrijkomt om waardevol face-to-face onderwijs aan te bieden. Daar zijn we meters aan het maken. Het gaat niet om online versus traditioneel, maar om het beste onderwijs voor de verschillende doelgroepen.’
Wij zijn allemaal grootgebracht in klassen – de postkoets – en nu is het onderwijs een Tesla
Wild voorziet dat de professionele markt zich verder gaat ontwikkelen. ‘Als je meer vakken online hebt, kun je die mogelijk ook voor die markt openstellen. En of dat dan via EdX of Brightspace gaat, is niet zo interessant. We hebben nu drie online masters, overigens niet op EdX. Misschien moeten we meer micro-masterachtige modules ontwikkelen, die je kunt stapelen tot een volledige online master. Als we meer vakken online hebben, kun je ook een ander lesrooster maken. Een flexibeler rooster bijvoorbeeld, waarbij je vakken op meerdere momenten in het jaar kunt volgen.’
Kersten kijkt nog een stukje verder. ‘Uiteindelijk zouden we naar een situatie kunnen gaan, waarbij je cursussen uitwisselbaar maakt tussen universiteiten. Waarom zou elke universiteit alle basisvakken aanbieden, als je die elders -en misschien nog wel beter- ook kunt volgen? Dat maakt een interessante discussie los over je bestaansrecht. Wij zitten hier in Wageningen safe, omdat we in een niche zitten en daarin uitblinken. Door die MOOC’s op te pakken, zitten we in de voorhoede.’
Lees hier verder over vijf jaar moocs aan WUR. Een gesprek over pionierswerk, scheel kijken, professional learning, de miljoenste deelnemer en het verdienmodel.