Het BSA is het aantal studiepunten dat een eerstejaars student moet halen om te mogen beginnen aan jaar twee. Met 36 punten heeft WUR het laagste BSA van alle Nederlandse universiteiten. Vanwege de coronacrisis en de mogelijke studievertraging die dat op kan leveren bij een deel van de studenten werd het BSA op vrijdag 20 maart al verlaagd naar 30 punten. Maar nu zijn er extra maatregelen.
WUR’s BSA-maatregelen op een rijtje
- Het BSA voor collegejaar 2019-2020 is verlaagd van 36 naar 30 studiepunten. Eerstejaars studenten met 30 punten of meer krijgen dus een positief bindend studieadvies.
- Eerstejaars studenten die dit collegejaar 24 tot en met 29 punten hebben gehaald, krijgen een voorwaardelijk positief bindend studieadvies. Dit betekent dat ze de tijd krijgen tot het einde van collegejaar 2020-2021 om 36 studiepunten van hun eerste studiejaar te halen.
- Eerstejaars studenten die dit collegejaar minder dan 24 studiepunten hebben gehaald, krijgen een negatief bindend studieadvies. Dat betekent dat ze moeten stoppen met hun opleiding. Wel is het mogelijk – zoals altijd – om bezwaar aan te tekenen bij de examencommissie, die dit jaar ‘corona-gerelateerde omstandigheden uitdrukkelijk mede in beschouwing’ zal nemen.
De versoepeling van het BSA is een landelijke maatregel. In tegenstelling tot eerdere berichten in de media is er geen sprake van een landelijke afschaffing van het BSA, maar moeten universiteiten en hogescholen uitstel verlenen aan ‘studenten die niet aan het bindend studieadvies van de opleiding voldoen, omdat zij door het coronavirus vertraging hebben opgelopen.’ Hoe ze daar invulling aan geven, mogen de onderwijsinstellingen zelf bepalen.
Rector magnificus Arthur Mol legt uit waarom WUR voor deze maatregelen heeft gekozen. ‘Studenten hebben vier periodes volledig onderwijs kunnen volgen. In periode vijf wordt 96 procent van het onderwijs verzorgd en geëxamineerd. Studenten lopen daardoor geen studievertraging op door coronamaatregelen tot en met periode 5.’