Tekst: Nicole van ‘t Wout Hofland
Ze publiceerden hun resultaten op 28 januari in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications. Bomen blijven hun hele leven in de breedte groeien; elk jaar vormt een boom een nieuwe ring. In gunstige tijden groeit een boom hard en vormt hij een dikke ring, terwijl stress leidt tot minder groei en dus een smallere ring. Zo kunnen wetenschappers terugkijken in de tijd en de levensloop van de boom analyseren.
Indicator
In een groot samenwerkingsverband bestudeerden Frank Sterck, universitair hoofddocent Bosecologie en Bosbeheer, en Koen Kramer, hoogleraar Vegetatie, Bos- en Landschapsecologie de dikte van jaarringen van bomen. Daarmee ontdekten ze dat de veerkracht van bomen na extreme droogte, een belangrijke indicator is voor de overlevingskans bij toekomstige droogteperiodes. Ze publiceerden hun resultaten op 28 januari in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.
We hadden verwacht dat die naaldbomen daardoor anders reageren op extreme droogte dan loofbomen
Frank Sterck
De onderzoekers concentreerden zich op jaren van extreme droogte decennia geleden, bijvoorbeeld 1976. De dikte van de ringen, vier jaar voor en vier jaar na een periode van extreme droogte, gaf hun informatie over de veerkrachtigheid van de bomen.Het verband tussen veerkrachtigheid en overlevingskans bleek hetzelfde te zijn voor loof- en naaldbomen verspreid over de wereld. Verrassend, vonden de auteurs: ‘Naaldbomen produceren een ander houttype en leven vaak in koudere en drogere gebieden dan loofbomen’, zegt Sterck. ‘We hadden verwacht dat die naaldbomen daardoor anders reageren op extreme droogte dan loofbomen.’
Weerstand en herstel
Toch ontdekten de wetenschappers een verschil: loof- en naaldbomen gaan op een andere manier om met droogte. Die omgang bestaat voor allebei uit twee fases: weerstand en herstel. Bij loofbomen voorspelt de factor weerstand hun overlevingskansen. Een dikke jaarring in het jaar van extreme droogte geeft bij loofbomen aan dat ze hoge weerstand hebben en dus meer overlevingskans bij een volgende droogteperiode. Bij naaldbomen is die voorspellende factor het herstel: naaldbomen met dunnere ringen na een droogtejaar hebben zich blijkbaar langzaam hersteld en zijn waarschijnlijk slachtoffers van toekomstige droogte.
Handboortje
Kunnen we de overlevingskans van bomen alleen inschatten als we ze omhakken? ‘Gelukkig niet’, zegt Sterck lachend. ‘Met een handboortje isoleren we een lang, dun staafje van de boomstam, die we vervolgens polijsten om de jaarringen zichtbaar te maken.’ Het verwijderen van zo’n staafje heeft geen nadelige gevolgen voor de boom. ‘De boom kan dat gat gewoon weer afsluiten’, aldus Sterck. Zo biedt de nieuwe methode een extra handvat voor het bosbeheer: bij het uitdunnen kunnen bosbeheerders bomen met de laagste overlevingskans selecteren en zo bossen gezond houden.