Tekst Hoger Onderwijs Persbureau, Inge Schouten
Het studentennetwerk voor duurzaamheid in het hoger onderwijs, Studenten voor morgen, reikte afgelopen vrijdag voor de zevende keer de SustainaBul uit. Tien universiteiten en acht hogescholen werden beoordeeld op de thema’s: onderwijs, onderzoek, bedrijfsvoering en ‘integrale benadering’. De instellingen vulden een vragenlijst in waarna de studenten punten gaven op grond van de antwoorden en bewijsstukken.
De Wageningen Universiteit scoorde op de eerste twee onderdelen het maximale aantal punten en klimt daarmee weer naar de eerste plaats; vorig jaar pakte de WUR na vijf jaar goud nog zilver. Op de voet volgt de Hogeschool Van Hall Larenstein die de derde plaats van vorig jaar inruilt voor de tweede. Het brons is voor de TU Eindhoven, die in 2018 nog de meeste punten scoorde.
Leren
Toch nam de TU Eindhoven de SustainaBul van 2019 mee naar huis. Die werd dit jaar namelijk niet uitgereikt aan de duurzaamste instelling van de ranglijst, maar aan de hogeschool of universiteit met de beste ‘best practice’. Op verzoek van de instellingen is er nu meer aandacht voor het delen van kennis. ‘Ze hebben veel energie om van elkaar te leren’, zegt Shanice Campbell van Studenten voor morgen. De TU kreeg veel lof voor het onderzoek naar het gebruik van ijzerpoeder als alternatieve, circulaire brandstof zonder CO2-uitstoot.
Dit jaar deden er achttien instellingen aan de ranking mee. Dat zijn er meer dan vorig jaar, toen negen universiteiten en vier hogescholen de vragenlijst invulden. ‘De vragenlijst is opgeschoond en de onveranderde antwoorden kunnen instellingen nu gemakkelijk kopiëren van vorig jaar’, is Campbells verklaring.
Keurmerk
Ook overweegt Studenten voor morgen om de ranglijst om te vormen naar een keurmerk dat eens in de drie jaar wordt verleend. ‘Instellingen hebben zo langer de tijd om te verduurzamen’, zegt Campbell. Het studentennetwerk wil daarnaast wel ieder jaar de best practices blijven beoordelen.