Promovendi moeten bij hun proefschrift ook enkele maatschappelijke stellingen voegen. In deze rubriek geven ze uitleg bij hun prikkelendste stelling. Deze keer Marije van Doorn-van Atten, die op 10 mei promoveerde bij Humane Voeding en Gezondheid op onderzoek naar telemonitoring in de ouderenzorg.
Stelling: Wilde vader is goed voor kinderen
‘Ik heb een dochtertje, Sarah, van tweeënhalf en een zoontje, Ruben, van acht maanden. Sinds zij er zijn lees ik graag wetenschappelijke onderzoeken over opvoeding. Deze stelling heb ik ook niet zelf verzonnen, maar is geïnspireerd op een onderzoek over uitdagend opvoedkundig gedrag dat afgelopen jaar verscheen in Behavioural Research en Therapy.
Ik merkte dat mijn man wat wilder met de kinderen speelt dan ikzelf. Als ik mijn zoontje op de kop zie hangen denk ik: oe, als-ie maar niet valt. Terwijl ik ook wel weet dat kinderen soms hun grenzen moeten verleggen en je niet te beschermend moet zijn. Uit de studie blijkt dat uitdagend gedrag van vaders een positief effect heeft, en dat die kinderen later minder angstig zijn. Dus laat die vaders lekker stoeien, met de kinderen gooien of ze aanmoedigen om hoger te klimmen.
Ik vind het nog best lastig om los te laten, want de risico’s spelen altijd in mijn achterhoofd. De jongste tijgert al door het hele huis en de cactussen zijn niet veilig. Kinderen gaan zich vroeg of laat een keer bezeren. Gelukkig zijn we tot nu toe nog niet bij de eerste hulp beland. Mijn man en ik hebben er soms wel discussie over. Ik wil dan bijvoorbeeld traphekjes boven en beneden, hij vindt dat overdreven. We hebben nu enkel een traphekje boven.’