Tekst: Anne van der Heijden
‘In mijn eerste jaar vond ik mijn studie best makkelijk. Toen ben ik er allemaal dingen naast gaan doen en nu is het wel een stuk moeilijker geworden. Ik heb een beetje spijt dat ik het allemaal tegelijk ben gaan doen’, vertelt Lotte. Ze doet per week vier tot acht uur vrijwilligerswerk bij Stichting Present. ‘Dat is een landelijke organisatie die probeert om mensen die hulp kunnen gebruiken te koppelen aan mensen die hulp bieden. In Wageningen zijn dat vaak groepen studenten die bijvoorbeeld een keer kunnen schilderen bij iemand die geen geld en geen sociaal vangnet heeft.’
Lotte doet zelf niet dat soort eenmalige losse projecten, maar doet negen maanden lang een soort ‘maatschappelijke dienstplicht’ bij de stichting. ‘De overheid had een plan om dat verplicht te maken. Dat is niet gebeurd, maar je kan het vrijwillig nog steeds doen.’ Lotte helpt bij Present onder andere met het koppelen van projecten aan vrijwilligers. ‘Voor de winter hadden we een project waar we eenzame mensen koppelden aan duo’s. Mijn studie gaat over armoede in het buitenland, maar in Nederland hebben we ook arme mensen. Stichting Present probeert daar iets aan te doen.’
Mijn studie gaat over armoede in het buitenland, maar hier zijn ook arme mensen
Behalve dit vrijwilligerswerk doet Lotte ook nog bestuurswerk voor studentenvereniging SSR-W. ‘SSR valt onder een overkoepelend orgaan en ik zit in het bestuur daarvan als abactis. Ik notuleer en houd contact met externe partijen. Ik ben een beetje het visitekaartje.’ Lotte solliciteerde op deze functie voor tweedejaars leden toen ze nog in haar eerste jaar zat. ‘Daarmee ben ik nu de enige tweedejaars in het bestuur. Ik ben er ook de enige vrouw.’ Ze is hier wel veel tijd aan kwijt. ‘Tien tot vijftien uur per week, soms zelfs twintig. En het schema van zo’n landelijk bestuur houdt geen rekening met de tentamenweek in Wageningen. Gelukkig leer ik best snel en zijn er ook nog herkansingsweken.’