© Guy Ackermans‘Het gaat niet om het winnen’, zegt rector Arthur Mol vrijdagavond 23:00 uur in zijn openingsspeech in Orion. Een joelende menigte schreeuwt hem zowel ontkennend als bevestigend, maar vooral lachend, toe. De sfeer zit er duidelijk al goed in.
Morgen gewoon sporten
Zo’n 1400 sporters van alle Nederlandse studentensteden verblijven dit weekend in tenten op de Wageningse campus om hun universiteit of hogeschool te vertegenwoordigen. Dat veel van hen zaterdag gewoon moeten sporten maakt blijkbaar weinig uit. ‘Als je het gezellig hebt, dan sport je ook beter’, zegt Denise Hall uit Nijmegen, die morgen om 9:00 uur moet badmintonnen. En daarbij, iedereen maakt het laat, dus voor de competitie is er geen verschil, legt ze uit. ‘Dat maakt het zo leuk hier, bij gewone toernooien is het veel serieuzer.’
Wielrenners zijn serieuzer
De houding van Denise tekent de sfeer op het GNSK, het Groot Nederlands Studenten Kampioenschap, dat dit jaar voor de zestigste keer wordt georganiseerd. Volgens organisator Bo Briggeman, tevens student Voeding en Gezondheid, verschilt de ‘serieusheid’ wel tussen de verschillende sportdisciplines. Wielrenners en schermers zouden de feesten nu nog veelal links laten liggen. Morgen, als veel sporters een deel van hun werk gedaan hebben, worden nog veel meer sporters op de feesten verwacht, vertelt een andere deelnemer. Dan barst het pas echt los.