De sponskrab heet zo, omdat hij ter camouflage een spons op zijn rug draagt. © Mick Otten
Eén van die duikers is Reindert Nijland van Mariene Dierecologie. Hij doet verslag van de vondsten in het jongste nummer van Marine Biodiversity Records. Nijland is krabbenexpert met een zwak voor het volgens hem ‘teddybeer-achtige’ diertje dat voor het laatst in 1953 in de zuidelijke Noordzee is gesignaleerd.
Panda
De sponskrab heet ook wel wolkrab. ‘Omdat de krab helemaal bedekt is met kleine gele haartjes, die hem een wollig uiterlijk geven’, zegt Nijland. ‘Het diertje heeft een soort van aaibaarheidsgehalte. Daar komt nog bij dat de scharen van het beestje felroze vingers heeft. Alsof-ie nagellak op heeft gedaan.’ De sponskrab is daarmee een beetje de panda van de Noordzee.
Wolkrab in de Grevelingen. Opname: Hans Vulink
De credits voor de ontdekking van de sponskrab zijn evenwel niet voor Nijland, maar voor twee bevriende biologen Floris Bennema en Godfried van Moorsel. De twee waren op 11 augustus vorig jaar aan het duiken in de Oosterschelde bij de Zeelandbrug toen ze het diertje spotten. Ze namen de krab in een emmertje mee naar de camping en belden Nijland. Hij weet het nog precies. ‘Ik had een vrije dag, toen ze me belden. Ik ben meteen in de auto gestapt. Dit was te mooi om waar te zijn.’
Journaal
Het nieuws van de sponskrab haalde diverse media en zelfs het middagjournaal van de NOS. Daarna volgden via de Facebookpagina van Stichting Anemoon diverse meldingen van duikers die een of meerdere sponskrabben zagen op dezelfde locatie of elders in de buurt. Volgens analyse van de drie duikvrienden gaat het om minstens een handvol verschillende sponskrabben. Zowel mannetjes als vrouwtjes.
Nijland beleefde zijn eigen sponskrabmoment op 22 oktober vorig jaar tijdens een duikweekend. ‘We gingen bewust op zoek naar de sponskrab’, vertelt Nijland. En dat is dus moeilijker dan je denkt. De sponskrab heet namelijk zo, omdat-ie als camouflage een spons op zijn rug draagt. Een bijna perfecte truc op een zeebodem die bezaaid ligt met sponzen. Alleen als de krab zich verplaatst valt-ie door de mand.
Pas bij de ongeveer veertigste bewegende spons was het raak: een sponskrab
Reindert Nijland
Sponzen bewegen namelijk niet, legt Nijland uit. ‘Behalve als ze zich op een oester hebben vastgezet. Dan bewegen ze mee met het dichtklappen van de oester. Pas bij de ongeveer veertigste bewegende spons was het raak: een sponskrab.’ Nijland legde het diertje op foto en film uitvoerig vast. Daarop zijn alle typische eigenschappen van de sponskrab te zien.
Truc
De truc met de spons is een bewuste poging van de krab om onzichtbaar op te gaan in zijn omgeving. Hij gebruikt daarvoor twee paar achterpoten die zich hebben ontwikkeld tot een soort kleine tangetjes waarmee hij de spons vasthoudt. De spons wordt daarbij volgens Nijland zo uitgehold dat de ‘jas’ goed past. ‘De spons blijft daarbij in leven; die kan daar wel tegen.’
De sponskrab leeft normaal gesproken veel zuidelijker in het oostelijke deel van de Atlantische oceaan voor de kusten van Portugal en Afrika en in de Middellandse Zee. In de Noordzee is het diertje maar zelden gezien. De oudst bekende melding stamt uit 1824, toen de krab op een vismarkt in Londen werd gezien. De voorlaatste keer was zoals gezegd in 1953. Nijland denkt dat de krabben als larve deze kant zijn opgekomen. Of het een blijvertje is, moet nog blijken.
Lees ook eens:
Exoten in de Noordzee (fotoserie)
Exotisch visje duikt op in de Noordzee
EU wil 37 schadelijke exoten bestrijden