<foto: pixabay>
De Nederlandse veehouderij verbruikt teveel fosfaat. Daarom heeft de regering, in afstemming met de EU, fosfaatwetgeving afgekondigd en een plan opgesteld om het aantal melkkoeien te verminderen. Een van de redenen van dit fosfaatoverschot is dat boeren niet goed kunnen inschatten hoeveel fosfaat de koeien nodig hebben voor de melkproductie. De koeien krijgen meer fosfaat binnen dan ze opnemen en poepen veel fosfaat weer het milieu in.
Infrarood
Ibrahim Jibrila toonde tijdens zijn MSc-studie in Wageningen aan dat de fosfor in de melk nauwkeurig kan worden bepaald met infrarood analyses. Met deze analyse kan de fosforgift worden afgestemd op de fosforbehoefte van de koe, zodat de boer de fosfaatproductie kan terugdringen. Jibrila voerde zijn onderzoek uit bij de leerstoelgroep Fokkerij & Genetica, onder begeleiding van Henk Bovenhuis.
Verschillen
Op dit moment wordt er vanuit gegaan dat de fosforbehoefte gelijk is voor alle koeien, maar in werkelijkheid zijn er grote verschillen tussen individuele koeien. Om gezondheidsproblemen ten gevolge van een fosfortekort te voorkomen wordt de fosforgift afgestemd op koeien met de hoogste fosforbehoefte. In de praktijk krijgen koeien daarom 130-150 procent van hun fosforbehoefte binnen. Daardoor is het fosfaatgehalte in de mest veel hoger dan bij het voeren naar werkelijke behoefte. Hier kan dus een enorme efficiëntieslag worden gemaakt, denkt Bovenhuis.
Routinematig
Deinfraroodmetingen worden al jaren gebruikt voor de routinematige bepaling van het vet-, eiwit- en lactosegehalte in de melk. Het onderzoek laat zien dat dezelfde analyses ook kunnen worden gebruikt voor de bepaling van het fosforgehalte in de melk. Dit maakt de praktische toepassing van fosforbepalingen relatief eenvoudig. Hierdoor zal een veehouder veel beter in staat zijn om de fosfaatgift van individuele koeien af te stemmen op hun behoefte. Dit kan leiden tot een besparing van 3.6 kg fosfaat per melkkoe per jaar en een 17 procent efficiëntere benutting van fosfaat, rekende Jibrila uit.