Vera knikte ongemakkelijk. Het leek zo simpel. Wageningen telde maar een handjevol huisartsenpraktijken. Vera had op goed geluk het eerste zoekresultaat in Google aangeklikt en een afspraak gemaakt. Ze had enkel een zalfje voor haar koortslip nodig. No big deal. Ze dacht terug aan het ontbijt.
‘Wat? Heb je een afspraak bij dokter Hulzehorst gemaakt?’, zei Bianca verschrikt aan de eettafel. ‘Iedereen weet toch dat die man een viespeuk is?’ Vera trok argwanend haar wenkbrauw op. Ze wist niet zeker of ze dit studentenfabeltje serieus moest nemen. Maar Willem-Jan knikte instemmend.
‘En ik heb gehoord dat hij alles afwimpelt als een vrouwenkwaaltje.’ Willem-Jan kwam nu echt op dreef. ‘Maar het kan erger’, zei hij gretig. ‘Het schijnt dat je bij de praktijk in het centrum als vrouw bijna altijd uit de kleren moet. De dokter moet immers even naar je hartslag luisteren en helaas verstoort je BH het geluid van zijn stethoscoop.’
‘Relax’, onderbrak Derk de bangmakerij van Willem-Jan. ‘Zo erg zal die dokter vast niet zijn.’ Dat stelde Vera iets gerust. ‘Naar welke dokter ga jij dan?’ vroeg ze hem. Derk haalde zijn schouders op. ‘Ik sta thuisthuis nog ingeschreven.’ Dat was voor Willem-Jan het startsein allerlei enge huisartsenverhalen los te laten op Vera. Derk rolde geërgerd met zijn ogen. Vera voelde zich steeds zenuwachtiger worden. Waarom had ze niet wat meer onderzoek gedaan naar de juiste huisarts? ‘Geen zorgen’ stelde Bianca haar gerust. ‘Het zal vast wel meevallen. Je hebt immers alleen maar een koortslip.’ Met lood in haar schoenen stapte Vera uiteindelijk op haar fiets.
In de wachtkamer spookten de woorden van Willem-Jan door haar hoofd. Naast haar kwam een oudere man zitten. Hij schonk haar een brede glimlach. Jij hebt tenminste niets van die vieze dokter te vrezen, dacht ze. Na tien lange minuten kwam er een jonge vrouw voor haar staan. ‘Jij bent vast Vera’, begon ze. ‘Mijn naam is dokter Hulzehorst. Kom alsjeblieft verder.’ Beduusd staarde ze naar de jonge vrouw voor haar. Ze moest haar best doen niet spontaan in lachen uit te barsten.
Illustratie: Kim Peterse