Wetenschap
Dier

Zet de hond eens op een wolvendieet

De hond stamt af van de wolf, een jager die dagenlang moet vasten maar ook eten in overvloed kent. Petfoodfabrikanten moeten rekening houden met het oude dieet van de wolf, stelt diervoedingsonderzoeker Guido Bosch.
Albert Sikkema

Jarenlang werd aangenomen dat onze trouwe viervoeter een omnivoor (alleseter) was. Dat baseerden onderzoekers op verschillen in de stofwisseling met de kat, een echte carnivoor (vleeseter). Guido Bosch, onderzoeker bij de leerstoelgroep Diervoeding, geeft nu een alternatieve verklaring voor dit verschil tussen hond en kat in het British Journal of Nutrition.

Hij deed literatuuronderzoek naar het dieet en de leefwijze van wolven en concludeert dat de wilde voorouders van de hond carnivoren waren. Belangrijk verschil met wilde katten is dat wolven van grote prooidieren leven en er flinke periodes van schaarste kunnen zijn. Ze hebben daarom een flexibele stofwisseling die zich instelt op vasten en overvloedig eten. Die aanpassingen aan ‘alles of niets’ bezit de hedendaagse hond nog steeds, aldus Bosch. Het terugschroeven van de afbraak van aminozuren is functioneel voor het overleven van periodes van schaarste. Honden kunnen dan ook heel goed zonder eten. Zo is er in 1912 een studie gepubliceerd waarin een hond 117 dagen zonder eten heeft overleefd en zijn er verhalen van honden die dertig dagen lang in een auto zaten opgesloten en dat hebben overleefd.

Bosch adviseert niet om de hond dan maar dagenlang geen eten te geven, want dat is dierenkwelling. Wel stelt hij vast dat bijna de helft van onze honden te zwaar zijn. Die moeten op rantsoen. ‘Overgewicht is een van de grootste welzijnsproblemen van onze honden en katten.’ De voorkeur van honden voor vetrijk eten stamt mogelijk uit de ‘alles of niets’ leefwijze.

Tijdens de domesticatie van de wolf, tussen de 17.000 en 13.000 jaar geleden, gingen de wolven het afval van menselijke nederzettingen eten. Ze pasten hun menu aan en gingen beter zetmeel verteren. Ze veranderden van jagers in een soort scharrelwolven, stelt Bosch. Uit die periode stamt mogelijk ook de vreemde gewoonte van honden dat ze poep eten. ‘In de prehistorie was menselijke poep mogelijk een belangrijke eiwitbron voor de wolf.’

De makers van hondenvoer kunnen meer rekening houden met het oude dieet van de wolf. Op dit moment bevat het hondenvoer vaak plantaardige vezels die de groei van bepaalde darmmicroben stimuleren. Een alternatief is om de hond dierlijke ‘vezels’ (botten, kraakbeen, pezen en haren) te geven. Daarmee boots je een deel van het wolvenmaal na. Of een wolvenmaaltijd goed is voor de gezondheid van de hond, zou je moeten uitzoeken, vindt Bosch. Hij pleit voor een langjarig voedingsonderzoek onder honden.

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.