Al duizenden dode muggen werden er opgestuurd naar Wageningen na de voorgaande twee oproepen, in januari en in augustus 2014. Daaruit leidden de onderzoekers af welke muggensoorten en -varianten de meeste overlast geven in Nederland. Entomoloog Sander Koenraadt, één van de initiatiefnemers van Muggenradar.nl, legt uit waarom de universiteit het publiek opnieuw vraagt muggen in te sturen: ‘Vorig jaar hadden we een hele milde winter; dit jaar vriest het geregeld. We willen weten wat daarvan het effect is op de muggenstand, nu en straks in de zomer. Het idee is om van Muggenradar.nl een langjarenmonitor te maken, met twee keer per jaar een oproep aan mensen om muggen in te sturen: één in de winter en één in de zomer.’
Uit de eerdere inzendingen kwamen enkele verrassende resultaten voort. Veel mensen bleken in de winter last te hebben van muggen. Opvallend was dat die overlast veelal veroorzaakt werd door de molestus-variant van de gewone huissteekmug. Gedacht werd dat die variant nauwelijks in Nederland aanwezig was. Tot dan toe was er deze mug slechts één keer in Nederland waargenomen, in de Amsterdamse metro.
De vraag is niet of het West-Nijlvirus de kop opsteekt in Nederland, maar wanneer
Entomoloog Sander Koenraadt
Hoewel het veel Nederlanders waarschijnlijk een zorg zal zijn welke mug ze uit hun slaap houdt, is het toch belangrijk om bij te houden welke muggen er in Nederland actief zijn, zegt Koenraadt. ‘Niet alleen veroorzaakt de ene mug meer overlast dan de andere; verschillende soorten brengen ook uiteenlopende gezondheidsrisico’s met zich mee.’ Volgens de entomoloog moeten we vooral beducht zijn voor het West-Nijlvirus. ‘De vraag is niet of dat virus de kop opsteekt in Nederland, maar wanneer’, zegt hij. Het West-Nijlvirus is al vanuit Afrika opgerukt tot Zuid-Europa en heeft daar zelfs al doden veroorzaakt. Ook in Noord-Amerika is het virus een jaarlijks terugkerend probleem. ‘Er is nog geen medicijn tegen dat virus, dus de enige manier om het tegen te houden is de muggensoorten te bestrijden die het virus overbrengen’, legt Koenraadt uit.
Vervelend genoeg kan ook de veel voorkomende huissteekmug het virus overbrengen. Dit inzicht kan consequenties hebben voor de landschapsinrichting in Nederland, denkt Koenraadt. ‘Als we meer nieuwe, natte natuur creëren, dan kan dit extra gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.’ Muggen leggen hun eitjes namelijk in water. ‘Maar,’ nuanceert de muggenkenner direct, ‘de huissteekmug zit vooral in regentonnen en dakgoten rond het huis, niet in open water.’
Er loert meer gevaar. Ook ziektes als het Rift Valley Virus en malaria kunnen per mug naar Nederland gebracht worden. Met name voor de komst van de tijgermug zijn de autoriteiten bevreesd. Koenraadt laat zich ontvallen dat het ‘entomologisch gezien erg bijzonder’ zou zijn als er straks een tijgermug opgestuurd wordt, maar ‘voor de volksgezondheid is dat zwaar ongewenst.’ Het insect kan ernstige tropische ziektes overbrengen, zoals gele koorts, dengue en de West-Nijlziekte.
Overigens kunnen in februari 2015 ook voor het eerst foto’s van in huis aangetroffen muggen worden ingestuurd. ‘Dat is een proef. We willen kijken in hoeverre steekmuggen ook vanaf een foto te identificeren zijn.’ Dat scheelt mogelijk kostbare laboratoriumtijd.
Ongeveer gelijktijdig met Muggenradar.nl in Nederland zijn in andere Europese landen soortgelijke initiatieven ontstaan. Koenraadt: ‘Er is minder geld beschikbaar voor het plaatsen van muggenvallen, dus moet je creatieve oplossingen zoeken. Naast ‘active surveillance’, waarbij onderzoekers zelf hun data verzamelen, wordt daarom steeds meer gebruik gemaakt van ‘passive surveillance’: het publiek inschakelen om informatie voor je te vergaren.’ Onderzoeksgroepen uit Duitsland, Engeland, Frankrijk, Spanje, Portugal en Nederland die via ‘passive surveillance’ de muggensituatie in hun land monitoren publiceerden daarover in januari 2015 samen een wetenschappelijk artikel in Parasites & Vectors.