Marjanneke Vijge
, Promovendus bij Milieubeleid
Eenzijdig zou ik het promotietraject niet willen noemen, de onderzoeksschool heeft genoeg cursussen voor niet-academische vaardigheden. Het is vooral belangrijk je te leren profileren, laten zien dat je zelfstandig een project kunt managen bijvoorbeeld, want volgens mij wordt een PhD niet overal gezien als werkervaring. Uiteindelijkmoet je zelf je PhD vormgeven. Dat betekent: nadenken over wat je later wilt doen en je daarin ontwikkelen al tijdens je promotie. Ik denk dat ik na al die jaren op de universiteit wel toe ben aan een nieuwe ervaring buiten de academische wereld, ook omdat ik soms twijfel aan de maatschappelijke relevantie van wetenschappelijke publicaties. Daarom heb ik tijdens mijn PhD samengewerkt met verschillende organisaties, ook in het buitenland, om te kijken of dat wat voor me was.’
Johan van Arendonk, Dean van Wageningen University
‘Het rapport impliceert dat er alleen aan universiteiten onderzoek wordt gedaan, maar dat is al lang achterhaald.
‘Onze cijfers laten zien dat onderzoek doen voor 85 procent van onze gepromoveerden een belang- rijk onderdeel van hun werk is, terwijl ‘maar’ 42 procent bij een universiteit werkt. De meeste van onze alumni zeggen dat hun PhD-studie hen goed voorbereidt op hun latere baan. Dat komt, denk ik, vooral doordat de onderzoeksscholen goed inspelen op de behoefte van de promovendi. Met opleidingsplannen en een sterke nadruk op T-shapedskills, die breder zijn dan alleen het onderzoeksvak. Sommige promovendi kiezen er zelfs bewust voor om vanuit een bedrijf een promotieonderzoek te doen. Het belangrijkste is dat promovendus en begeleider al vroeg in het promotietraject bespreken wat de loopbaanambities zijn van de promovendus. Dan kun je daar in het hele traject rekening mee houden. Als je in het laatste jaar begint ben je te laat.’
James Dower, Promovendus bij Humane Voeding
‘Iedere promovendus moet aan het begin van zijn PhD een opleidingsplan opstellen, en loopbaangerichte cursussen zijn er genoeg. Daarom ben ik ook in mijn eerste jaar al begonnen met het volgen van cursussen en congresbezoek. Toch weet ik nog niet waar mijn toekomst ligt. Ik ben een jaar van mijn promotie verwijderd en nog niet actief op zoek naar een baan. Het liefst wil ik in het onderzoek blijven, maar weet ook dat de banen niet voor het oprapen liggen. Een plan b heb ik nog niet. In de loop van het jaar wil ik in overleg met mijn begeleider wel een koers uit zetten.’
Jeroen Candel, Promovendus bij Bestuurskunde en voorzitter PhD-council
‘Ik denk dat het probleem in Wageningen minder groot is dan bij andere instellingen.
Veel promovendi hebben al contact met en inzicht in het bedrijfsleven doordat hier veel toegepast onderzoek plaats vindt. Verder krijg je als promovendus allerhande cursussen aangeboden, bijvoorbeeld over hoe je je skills en expertise als promovendus in je verdere carrière in kunt zetten. Veel hangt af van je promotor, of die met je over je toekomst nadenkt. Ik heb het idee dat begeleiders hier in het algemeen wel oog hebben voor een carrière buiten de wetenschap; we horen daar weinig klachten over. Het belangrijkste is dat een promotor inspeelt op vragen van promovendi. Als PhD-council pleiten we er daarom ook voor dat alle promotoren een coachingscursus doen.’
Kiira Vuorsto, Promovendus bij Bioprocestechnologie
‘Dat er weinig banen in de wetenschap zijn vind ik minder belangrijk dan het probleem van de korte contracten in de wetenschap. In het bedrijfsleven heb je eerder kans op een vast contract. Doordat we hier vooral toegepast onderzoek doen met bedrijven heb ik al de nodige vaardigheden voor het bedrijfsleven ontwikkeld. Maar ik kijk nog niet naar banen. Ik ben nog hartstikke druk met mijn promotieonderzoek en mijn contract loopt pas over acht maanden af. Met mijn begeleiders heb ik ook nog niet gesproken over wat ze me aanraden na mijn promotie, dat moeten we binnenkort op mijn r&o-gesprek maar eens doen. In januari doe ik wel een cursus van de onderzoeksschool over arbeidsmarktoriëntatie en een goed cv opstellen.