Is het middel dat verantwoordelijk zou zijn voor de bijensterfte, ook fataal voor onze vogels? Die conclusie is volgens hoogleraar Chemische stress ecologie Paul van den Brink te kort door de bocht.
Wat schort er aan het onderzoek?
‘In de eerste plaats is er alleen maar gekeken naar imidacloprid. Het zou veel sterker zijn als ook andere insecticiden in de studie waren meegenomen. In de tweede plaats is alleen naar insectenetende vogels gekeken. Als controlegroep zou je een vergelijking moeten maken met vogels die niet van insecten afhankelijk zijn. Bovendien wordt aangenomen dat imidacloprid insecten doodt, waardoor vogels te weinig te eten hebben. Daarmee doe je twee stappen in een correlatie.’
Dat is fundamentele kritiek. Hoe komt zo’n studie in Nature?
‘Dat verbaast mij ook. De onderzoekers hadden hun werk veel beter kunnen doen.’
Wat is de waarde van dit onderzoek?
‘Deze studie leert mij dat er een relatie is tussen imidacloprid en de afname van sommige vogels. De studie leert ook dat er veel beter gekeken moet worden naar de effecten van imidacloprid op de insecten die niet het doelwit zijn. Imidacloprid is een persistente stof. In onze labstudies zie je dat op de langere termijn imidacloprid zelfs bij lage concentraties effecten laat zien. Er moeten dus veel meer gegevens worden verzameld over de chronische effecten op insecten in het water en in de lucht.’
Hoe ziet de toekomst van imidacloprid eruit?
‘Op basis van onze studie vorig jaar naar het effect van imidacloprid op het waterleven zijn een paar toepassingen van imidacloprid in Nederland verboden. In Duitsland zijn de normen zelfs nog strenger geworden. Als Europa die overneemt, hebben neonicotinoïden een groot probleem. Het is eigenlijk wel grappig: terwijl iedereen elkaar de tent uit vecht vanwege het effect van imidacloprid op bijen, verdwijnt het middel mogelijk op basis van effecten die het heeft op het waterleven.’