De Wageningers krijgen de award samen met Hidde Leijnse (KNMI) voor het onderzoek naar het meten van regenval met behulp van mobiele telefoonnetwerken. Regen verzwakt het signaal dat zendmasten van elkaar opvangen. Uit die demping kun je meten hoeveel regen er is gevallen. Het artikel daarover in PNAS in 2013 wordt nu beloond.
Intussen is het onderzoek verder gegaan, legt Overeem uit. ‘We hebben het opgeschaald naar een datareeks van drie jaar voor 2000 straalverbindingen. Daarmee krijg je onder meer inzicht in de invloed van de seizoenen op de metingen. We weten dat het in de zomer beter werkt dan in de winter.’ Smeltende neerslag op antennes of natte sneeuw tussen de zendmasten zorgt voor sterke demping van het signaal en daardoor overschatting van de neerslag.
In ontwikkelingslanden in Afrika, Zuid-Azie en Zuid-Amerika zijn weinig regenmeters. Regen meten via gsm-masten kan daarom een belangrijke bron worden van informatie. De WMO is een onderdeel van de Verenigde Naties en zorgt voor de wereldwijde toepassing en verspreiding van meteorologische methodes.
De Väisälä Award (een medaille plus 10.000 dollar) is vernoemd naar de Finse meteoroloog en onderzoeker Vilho Väisälä (1889-1969) en wordt tweejaarlijks uitgereikt. De prijs wordt komende dinsdag uitgereikt tijdens een conferentie in Sint Petersburg.