Wageningen is de laatste universiteit die met een honoursprogramma komt. Andere universiteiten werken vaak al jaren met speciale programma’s die excellente studenten een extra studieprogramma bieden. Soms is dat in de vorm van verbreding (oriëntatie op andere vakgebieden), andere kiezen voor verdieping (in het eigen vakgebied). De Wageningse universiteit hield zich tot voor kort afzijdig omdat het onderwijs hier al kleinschalig zou zijn, en gericht op excellentie. Maar een toenemende vraag vanuit studenten zelf, en groeiende studentenaantallen, hebben daar verandering in gebracht.
Na een jaar voorbereiding gaat in augustus de eerste groep van start. Liefst 114 eerstejaars hebben zich in januari aangemeld voor het Honours Programme. Daarvan werden er 49 toegelaten tot de volgende stap in de selectie: het volgen van een introductiecursus. De deelnemers zijn daarbij ongenadig in het diepe gegooid, vertellen Hoffland en Hijman. Onder meer door ze zelf het eindproduct van hun onderzoek te laten bepalen. ‘In het begin hadden de studenten daar veel moeite mee’, zegt Hijman. ‘Ze zeiden steeds: wat moeten we doen? Waar werken we naartoe?’ Naarmate het introductievak vorderde, namen de studenten steeds meer initiatief. Hoffland, die een eind wil maken aan ‘de student als consument van onderwijs’, zag daarmee een wens in vervulling gaan.
Theatersport
Van 49 deelnemers vielen er enkele af tijdens de cursus. Anderen vonden het daarna mooi geweest. Van de 34 kandidaten die daadwerkelijk solliciteerden naar een plek in het Honours Programme, werden er 31 toegelaten. Voor hen betekent dat een extra studielast van 30 credits bovenop het tweede en derde jaar van de bachelor.
Bij de start van het programma gaan de deelnemers eerst een week naar Texel. Achteroverleunen in een strandstoel is er dan niet bij; ze zullen zich voorbereiden op hun onderzoek (van 9 studiepunten) dat ze de komende twee jaar gaan doen. Ook ondernemen ze zes excursies die ze zelf moeten voorbereiden. Natuurlijk staan er ook ‘luchtiger’ activiteiten op het programma, stelt Hijman ons gerust. Zo gaan de deelnemers zich onder meer bezig houden met theatersport (‘voor improvisatie, creativiteit’).
300.000 euro
Bij het Honours Programme zijn bijna vijftig docenten betrokken. De kosten voor het programma bedragen 300.000 euro, zo’n tienduizend euro per student. Geld dat door het ministerie beschikbaar werd gesteld voor onderwijsverbetering, naar aanleiding van een prestatieafspraak met de universiteit. Hoffland en Hijman stellen dat dat geld niet alleen ten goede komt aan het kleine groepje deelnemers. ‘Met het Honours Programme willen we juist het reguliere onderwijs beïnvloeden: docenten laten nadenken over hun manier van lesgeven en studenten motiveren om creatief te zijn.’
Die hervorming van het onderwijs is nodig vanwege het snel groeiende aantal studenten , zegt Hoffland: ‘Docenten zullen studenten daardoor meer moeten aanspreken op hun eigen verantwoordelijkheid.’ Maar ook snelle technologische ontwikkelingen maken dat binnen het onderwijs nagedacht moet worden over het ‘hoe’ en ‘waarom’, vult collega Hijman haar aan. ‘We hebben geen idee hoe de wereld er over tien jaar uit ziet. Je kunt tegenwoordig niet meer iemand opleiden voor een baan. Want bestaat die baan nog wel als je afgestudeerd bent?’ Volgens de organisatie van het Honours Programme is de vraag al lang niet meer: Hoe bereid je iemand voor op een bepaald soort werk? Maar, aldus Hoffland: ‘Hoe vorm je een onderzoeker met intellectuele flexibiliteit?’ Het Honours Programme is daarvoor volgens hen de ideale proeftuin.
Openings-seminar
Met het seminar ‘Educating for the future’ gaat op 24 juni het Honours Programme officieel van start. Gasten zijn onder meer historicus Rutger Bregman en onderwijsdeskundige Linda Luchtman. Aanvang 16.00 uur in Orion. Iedereen is welkom, wel graag inschrijven.
Merijn Kerstens, eerstejaars Biologie
‘Het introductievak had als rode draad het boek 1493. Dit vertelt wat er met de wereld gebeurde nadat Columbus naar Amerika was gegaan. We kregen niet, zoals ik had gedacht, een duidelijke opdracht maar er werd veel aan onszelf overgelaten. Het is dus je eigen verantwoordelijkheid om iets te doen. Tijdens het vak zat je met mensen uit allerlei studies in één groepje. Ik vond het grappig dat je op deze manier van alles leert van elkaar. We hadden het er bijvoorbeeld over dat zoveel Native Americans stierven aan malaria omdat ze geen resistentie bezaten. Iemand vroeg zich toen hardop af hoe dat werkt. Als bioloog was dit voor mij vanzelfsprekend, maar niet voor mijn groepje. Je denkt misschien dat de deelnemers allemaal stuudjes of superexcellente studenten zullen zijn. Maar het valt wel mee. Het was best wel chill en dat had ik totaal niet verwacht.’
Anouk Mulder, eerstejaars Internationale ontwikkelingsstudies
‘De introductiecursus was heel leuk. Je ontwikkelt nieuw vaardigheden; zo was er een debatwedstrijd en kregen we workshops over bijvoorbeeld ondernemerschap. Zo zie je wat meer van alles wat er in de wereld gebeurt. Ik vond het echter niet erg uitdagend. Je hoeft er niet veel voor te doen, alleen op maandagavond naar college, een boek lezen en dat was het wel. In het programma ga je straks samen met de docenten je eigen opdrachten formuleren rond een thema. Ik heb zelf gekozen voor vleesvoorziening in de toekomst. Iets waar ik graag meer over wil leren en wat niet in mijn studie zit. Ik hoop dat we ook allerlei andere kansen krijgen, zoals samenwerking met het bedrijfsleven en de mogelijkheid om naar summer schools te gaan.
Marijke Zonnenberg, eerstejaars Levensmiddelentechnologie.
‘Hoewel ik welbewust heb gekozen voor Levensmiddelentechnologie, zijn mijn interesses veel diverser. Daarom wil ik me naast mijn studie graag verbreden en het Honours Programme geeft hiervoor de beste mogelijkheden. De introductie was heel leuk. Je werkt in een groepje met vier á vijf mensen van heel verschillende studies. Zij wisten heel andere dingen dan ik of konden me meer vertellen over onderwerpen waar ik alles van dacht te weten. Voor volgend jaar heb ik nog niet echt verwachtingen. Ik zie wel hoe het gaat en alles wat ik leer is mooi meegenomen. Ik ga met een groep denken over de ‘vleesproductie van de toekomst’ en ik ben heel benieuwd wat we hiermee gaan doen. Ik heb niet het gevoel dat we bevoorrecht zijn, want iedereen mocht zich aanmelden. Er is echt een goede selectie geweest en er is dus vast een goede reden voor geweest als je er uiteindelijk niet bij was.’