In een volwassen tropisch bos bereikt maar een paar procent van de zonnestralen de bodem. In zo’n natuurlijk bos leven per hectare soms wel honderden grote en kleine boomsoorten naast elkaar. Eigenlijk is dat raar. De kleintjes krijgen veel minder licht. Hoe overleven ze dat? De Wageningse hoogleraar Niels Anten (Centre for Crops Systems Analysis) heeft een deel van dat raadsel opgelost.
Anten bracht samen met een groep Japanse wetenschappers nauwkeurig in kaart hoeveel licht bomen opvangen en wat ze met dat licht doen. Dat deden ze in een stukje (60×20 meter) primair gematigd regenwoud op het eiland Yakushima, een nationaal park en tevens werelderfgoed. Van de vierentwintig soorten bomen in dit kleine gebiedje werd de groeisnelheid gemeten en gerelateerd aan de karakteristieken van het bladerdak.
Het resultaat is opmerkelijk. Hoge bomen vangen niet alleen meer licht, ze zijn ook nog eens efficiëntere lichtvangers. Per kilo biomassa vangen hoge bomen meer licht dan hun beschaduwde neefjes. Maar dat voordeel heeft een prijs: ze zetten dat licht minder efficiënt om in biomassa. Lichtinvang en lichtgebruik zijn omgekeerd evenredig. Die zogeheten trade-off zorgt ervoor dat relatief gezien, per kilo boom dus, kleine en grote bomen even hard groeien.
En dat is nieuw. Het verklaart volgens Anten voor een belangrijk deel waarom kleine en grote bomen kunnen samenleven op plekken waar een eenzijdige competitie is om het beschikbare licht. ‘Daarnaast zijn ook andere factoren van belang, zoals de populatiedynamiek (het aantal nakomelingen, de levensduur) en de structuur van het bos. Maar de groei is natuurlijk wel een hele belangrijke.’ Hier kun je volgens Anten ideeën uithalen voor de landbouw.
Anten: ‘In de plantenveredeling wordt heel erg gekeken naar monosystemen. Maar door het vele gebruik van beschermingsmiddelen staan die systemen steeds meer onder druk. De ecologie laat juist zien dat gemengde en diverse systemen productiever zijn en beter tegen stress kunnen. We kunnen heel veel leren van natuurlijke systemen. Studies als die van ons leren wat voor eigenschappen beschaduwde planten moeten hebben om optimaal te kunnen produceren.’