‘In Turkije maken studenten veel gebruik van sociale media; op dit moment zijn de uitspraken van Erdogan een hot topic op Facebook en Twitter. Studenten posten foto’s van hun huizen, waarmee ze willen laten zien dat het normale plekken zijn, waar niets geks gebeurt.
Bij de laatste verkiezingen heeft Erdogan met zijn conservatief-islamitische partij ongeveer vijftig procent van de stemmen behaald. Veel mensen steunen Erdogan omdat de Turkse economie heel sterk is gegroeid sinds zijn aantreden. We zijn ondertussen bijna een Europees land. Of misschien nog wel beter, omdat we nauwelijks last hebben van de economische crisis. Maar de laatste jaren vinden veel mensen dat Erdogan hen een bepaalde manier van leven wil opleggen. Daar zijn ze niet blij mee. Ze zien dit soort maatregelen als een bedreiging voor de seculiere staat.
In Turkije zijn religie en de staat gescheiden, maar die scheiding vervaagt. Tot een paar jaar geleden was het bijvoorbeeld niet toegestaan om met een hoofddoek een publieke instelling binnen te gaan. Nu mag een vrouw gewoon met hoofddoek een universiteit binnenlopen. Sommige partijen wilden dat niet hebben; het zou niet in een seculiere staat passen.
Ik schaar mezelf aan de kant van de seculieren, maar ik ben het niet met alles eens. Zo heb ik er moeite mee dat de seculiere partij zich zo streng opstelt tegen hoofddoekjes. Ik vind dat ze zich ook moeten bedenken dat het om de vrijheid van mensen gaat. Als een vrouw mét hoofddoek naar de universiteit wil, moet dat kunnen. Er zou een balans moeten zijn tussen vrijheid en religie, zodat iedereen in Turkije kan leven zoals hij wil; Koerden, Armeniërs, mensen die wel een geloof uitoefenen, mensen die dat niet doen. Wat we nu nodig hebben in Turkije is empathie. Je moet je kunnen verplaatsen in hoe andere bevolkingsgroepen zich voelen.’