De logistiek van voedingsbedrijven is de afgelopen jaren kwetsbaarder geworden. Door globalisering komt het voedsel immers van steeds verder weg, waarbij de consument steeds hogere en gevarieerdere eisen stelt. Bovendien houden bedrijven minder voorraden aan uit kostenoverwegingen. Promovenda Jelena Vlajic ging na welke knelpunten de voedingsbedrijven incidenteel parten spelen en beschreef de kwetsbare plekken in de keten. ‘Voedingsbedrijven zouden zich moeten voorbereiden op logistieke verstoringen’, zegt Vlajic. Want die verstoringen kosten de bedrijven geld. Kijk alleen maar hoeveel voedsel er wordt weggegooid in de voedselketen, bijvoorbeeld omdat geleverde partijen worden afgekeurd door de koper.’ De promovenda bekeek mogelijke verbeteringen om de kwetsbaarheid te verminderen. Met die gegevens ontwikkelde ze een prototype van een Event Management Systeem: een simulatiemodel waarmee de voedselmanagers de gevolgen van een kink in de kabel nabootsen. Met het model kunnen ook maatregelen worden beproefd die het probleem voorkomen of de gevolgen ervan beperken.
Kink in de kabel
Vlajic’s begeleider Jack van der Vorst benadrukt dat er in de voedingslogistiek geen standaard oplossingen zijn – veel hangt af van de beleidskeuzes van het voedingsbedrijf. Een partij voedsel die niet helemaal aan de eisen voldoet, kun je terugsturen en de rekening bij de leverancier leggen. Dat kost je bedrijf niets, maar de ketenkosten zijn hoog en je hebt minder product. Je kunt ook afspraken maken met leveranciers over de kwaliteit van het product dat ze afleveren. Dan bewaak je de kwaliteit voor de poort. Dat doe je alleen als het product heel belangrijk voor je is, zegt Van der Vorst. De keuzes bij het risicomanagement verschillen per bedrijf en productcategorie, want je hebt prijsvechters en bedrijven die voor duurzaamheid gaan. De methode van Vlajic, die op 12 september promoveerde, maakt de gevolgen van die keuzes helder, als er een kink in de kabel komt.