De rechters kijken ervan op als hij dat zegt. De studenten in het publiek schieten in de lach. Er zijn ruim honderd studenten op de rechtszaak afgekomen en ze volgen de rechtszaak van minuut tot minuut. Slechts een enkeling haalt tussendoor koffie of een broodje.
De rechters vragen de landsadvocaat naar de studenten die een zesjarige deeltijdopleiding volgen en die na vier jaar het verhoogde collegegeld voor langstudeerders moeten betalen à drieduizend euro. Die studenten lopen eigenlijk niet uit, maar moeten wel de langstudeerboete betalen.
"Hoe verhoudt zich dat tot het hier besproken doel van ontmoediging?", wil de rechter weten. Doet die categorie studenten te lang over de opleiding? Of kunnen ze allemaal een beroep doen op financiële steun uit het profileringsfonds van universiteiten en hogescholen?
De landsadvocaat begint te hakkelen. "Er is niet zoiets als een deeltijdstudie", zegt hij uiteindelijk. Dus geldt voor deze studenten hetzelfde als voor alle andere studenten. Er moet wel iets bijzonders aan de hand zijn voor ze een beroep kunnen doen op een profileringsfonds, zoals een ziekte of bestuursfunctie.
"U doet nu net alsof er geen deeltijdstudies bestaan!", merkt een flankerende rechter enigszins geërgerd op. Ook de advocaat van de studenten komt al snel met een vrij sterk tegenargument: in het opleidingenregister staat gewoon of het om een deeltijd- of voltijdopleiding gaat.
De landsadvocaat nuanceert aanvankelijk zijn antwoord, maar herhaalt het later toch: deeltijdstudenten bestaan wel, maar deeltijdopleidingen wettelijk niet.
"Maar deeltijdopleidingen worden toch aangeboden?", vraagt de rechter voor de zekerheid. "Het gebeurt", erkent de landsadvocaat, maar dat is volgens hem een keus van de instelling zelf. Deeltijdstudies kunnen in principe net zo snel doorlopen worden als gewone opleidingen. Instellingen die op eigen initiatief zesjarige deeltijdstudies aanbieden moeten nog eens goed naar de regels van hun profileringsfonds kijken. Studenten van zesjarige opleidingen kunnen mogelijk een beroep op dat fonds doen, waarschuwt de landsadvocaat, wegens "onvoldoende studeerbaarheid" van hun opleiding.
De advocaten wisselen tijdens het proces bekende argumenten uit. Studenten konden de langstudeerboete niet aan zien komen, zeggen de advocaten van de studenten. Dat konden ze best, zegt de landsadvocaat, want dat kon al vanaf het regeerakkoord en eigenlijk al vanaf eerdere wetsvoorstellen in die richting, zoals de wet voor de leerrechten.
Schendt de wet het eigendomsrecht omdat studenten een laag collegegeld mochten incalculeren? De studenten zeggen van wel, de staat zegt van niet. En is er overgangsrecht vereist? Ja, zeggen de studenten. De staat meent dat zulk overgangsrecht helemaal niet nodig is en bovendien is er wel degelijk overgangsrecht: de maatregel is een jaar uitgesteld.
En de lening die studenten kunnen afsluiten om de boete te betalen? Dat is geen tegemoetkoming, menen de studenten, want betalen moet je toch. Maar de staat vindt dat het onderwijs toegankelijk blijft en dat dit het belangrijkst is
De rechtbank doet op 25 juli uitspraak, of zoveel eerder als mogelijk is.