De reservaten moesten worden opengesteld en bordjes als ‘Alleen toegankelijk voor wetenschappelijk onderzoek’ waren in het vervolg uit den boze. De maatschappij betaalde dure guldens (toen nog) voor de natuur, dus moesten burgers ook volop van die natuur kunnen genieten. In hun ijver zo snel mogelijk de gunst van een breed publiek te winnen buitelden de natuurbeschermingsorganisaties als het ware over elkaar heen. Glanzende folders werden verspreid en allerlei activiteiten georganiseerd om zoveel mogelijk mensen de natuur in te lokken. Met steun van televisiezenders wist Natuurmonumenten haar ledenaantal op te stuwen tot een recordaantal van 975.000. Inmiddels is beleving het nieuwe toverwoord, waarbij termen als outdoor, events en experience niet worden geschuwd. Kijk er de diverse websites maar op na. Ik heb deze ontwikkelingen de voorbije jaren met lede ogen gevolgd. Mag de natuur zelf nog wel centraal staan? Of gaat het er vooral om dat er zoveel mogelijk mensen van genieten, ook als dat ten koste gaat van bijzondere soorten? De natuur als pretpark? Is er nog voldoende ruimte, voldoende rust? Zeldzame vogels in het Drentse Witterveld lijken zich weinig aan te trekken van al het lawaai op het nabijgelegen motorcircuit, maar toch… Koolmezen moeten hun omgeving overschreeuwen om zich in ons lawaaiige land voor elkaar nog verstaanbaar te maken. Eén ding is zeker, de zwijgzame natuur kan niet spreken. Mensen voor natuur dus. Joop Schaminée
Pretpark natuur
Natuur voor mensen, mensen voor natuur luidde in 2000 de titel van een ministeriële beleidsnota, die was gericht op een ommekeer in de omgang met de natuur in ons land.