Wat ga jij doen, kijken naar het EK of heel erg weg wezen?
Hana Nobels
Secretaresse bij het CBSG ‘Ik ga met veertig, vijftig man familie, vrienden en kinderen in onze tuin kijken. Sinds 2000 bouwen we met EK’s en WK’s een tribune op, compleet met stoeltjes, dak en een scherm van drie bij vier, plus een mobiele tap en oranje limonade voor de kleintjes. Wie niet oranje gekleed is, komt er niet in. Ja, sorry, ik ben een echte oranjefan; met clubvoetbal heb ik niks. We zingen ook altijd samen staand het Wilhelmus mee. Ik ben gewoon altijd supertrots op goede sporters uit ons kleine landje. Ik ga ook zeker een keer in het oranje naar mijn werk. Alleen het huis versieren we niet meer, daar kregen we zoveel opmerkingen over. Wie er wint? De beste. Ik ga voor Nederland.’
Maciek Spus
PhD-student bij Levensmiddelenmicrobiologie ‘Hoewel ik eigenlijk meer van basketbal hou, zal ik de wedstrijden van Polen, waar ik vandaan kom, wel kijken. Misschien steek ik zelfs de Poolse vlag uit. Ook de wedstrijden van Nederland ga ik kijken, hier woon ik tenslotte. Na de groepsfase ben ik toevallig in Polen voor familiebezoek en een festival. Dan zal ik met vrienden wel ergens op een plein met een scherm belanden. Dat het EK in Polen wordt gehouden, voelt alsof Polen meer geaccepteerd wordt als West-Europees land, met een goed verlopend EK als een soort examen. Ik verwacht dat Nederland kampioen wordt. Voor Polen is het toernooi al geslaagd als ze de kwartfinale halen.’
Ida Terluin
Onderzoeker bij het LEI ‘Ik vlucht niet weg, maar vrolijk word ik er ook niet van. Tijdens de lunch gaat het hier alleen nog over voetbal. Terwijl ik er de lol niet van inzie. Zelf actief bezig zijn is bovendien veel leuker dan sport op tv kijken. Maar zo’n toernooi heeft ook voordelen. Ik woon in Den Haag. Normaal is het overal druk, maar niet als iedereen voetbal kijkt. Dan kun je midden op de weg fietsen, overal door rood, en is het lekker stil op het strand. Dus ik trek straks de deur achter me dicht en wandel in alle rust naar het strand. Als ik dan terugwandel kan ik aan de sfeer op straat de uitslag aflezen.’
Pim Mostert
Student Animal Sciences (WU) ‘Ik ga met een vriend tien dagen naar de Oekraïne. Eerst naar Kiev om Nederland-Denemarken op een groot scherm kijken, en daarna in het stadion van Charkov naar Nederland tegen Duitsland en Portugal. Vier jaar geleden was ik voor het eerst op een groot toernooi. In Bern heb ik met duizenden andere Nederlanders op een plein naar de wedstrijden gekeken. De sfeer was zo fantastisch, er was zo’n saamhorigheid. Heel anders dan bij wedstrijden van Ajax, waar ik een seizoenskaart van heb. Ik neem veel oranje spullen mee: sokken, shirts, schmink, schoenen, toeters en een Nederlandse vlag. Ik hoop natuurlijk dat Nederland wint, maar zie eerlijk gezegd eerder Duitsland of Spanje kampioen worden.’
Inga Wolframm
Docent Equine, Leisure and Sports (VHL Wageningen) ‘De laatste keer dat ik voetbal heb gekeken zal in 2006 zijn geweest toen het WK in mijn geboorteland Duitsland werd gehouden. Mijn Nederlandse man kijkt uit naar Nederland – Duitsland. Maar ik denk dat ik die avond met mijn paarden naar een springwedstrijd ga. Ik doe ook niet mee met de voetbalpool hier. Mijn sportieve evenement van het jaar zijn de Olympische Spelen. Ik ga dan naar Londen om te kijken bij de paardensport. Als Duitsland wint, in welke sport ook, voel ik wel nationale trots.’
Arnold Herf
Facilitair manager bij Imares ‘Ik kijk uit naar het EK. Bij Imares trekt ik dit jaar de voetbalpool en mijn huis is al versierd met vlaggetjes. Ik ga thuis kijken met mijn vrouw, drie zoons en wat vrienden en kennissen. In het oranje: shirts, petten en ander oranjespul dat we ondertussen hebben verzameld. Om mijn shirt van het Nederlands elftal wordt altijd gevochten. We nemen er ook iets oranjes bij. Sowieso paprikachips, en een oranje tompouce bijvoorbeeld. De vrouwen drinken vaak verse jus d’orange. Wie er gaat winnen? Nederland natuurlijk.’
Rianne van Toor
Student Diermanagement (VHL Leeuwarden) ‘Mijn lievelingskleur mag dan oranje zijn, met het Nederlands elftal heb ik niks. Misschien staat alle ophef me tegen; schreeuwende mensen die een week lopen mokken als hun team verliest. Ik snap ook de lol niet van kijken naar een bal die van links naar rechts gaat met gekleurde poppetjes die er achteraan rennen. Ironisch genoeg zit ik vanwege een stage in Polen tijdens het EK. Gelukkig ver weg van de beschaving en tv’s. Ik kan lekker door de bossen lopen en het voetbal gewoon ontkennen. Voetbalhaat zit trouwens in de familie. Mijn oom Nels is twee jaar geleden ontslagen toen hij een vuvuzela van een collega doormidden had gezaagd. Ik ben nog steeds trots op hem.’ (VH)
Leo van der Heijden
Inkoper bij het Facilitair Bedrijf ‘Het probleem is dat mensen profvoetbal gebruiken als vlucht voor de werkelijkheid, ze reduceren het leven tot een opeenvolging van wedstrijden waar ze dan wel of niet gelukkig van worden. Ik zou het prettig vinden als mensen zich druk zouden maken over dingen die echt belangrijk zijn. Ik hoop dat er naast het voetbal nog iets anders leuks op televisie is, en anders ga ik gewoon wat op internet surfen of wandelen.’