Een groot aantal bijenvolken legt tegenwoordig het loodje in de winter. Wintersterfte treft gemiddeld één op de vijf volken. De oorzaken zijn divers, maar infectie met de varroamijt is in ieder geval een belangrijke boosdoener. Coby van Dooremalen (PRI) bekeek het effect van de bestrijding van varroa in juli, augustus of september op de overlevingskans van individuele bijen en bijenvolken. De juiste timing blijkt essentieel. Juli komt volgen Van Dooremalen uit de bus als onbetwist de beste maand om varroa aan te pakken. Later bestrijden verkort de levensduur en kan er uiteindelijk toe leiden dat hele volken de winter niet overleven.
Winterbijen
Tegen het einde van de zomer vindt de overgang van zomer- naar winterbijen plaats. Winterbijen hebben minder te doen, slijten daardoor minder hard en leven langer. Hun taak is te overwinteren en in het voorjaar de kolonie op te starten. Maar daarvoor moet je dus wel lang genoeg leven om de winter door te komen. Besmetting met varroa belemmert dat. Winterbijen leven korter als je te laat begint met de bestrijding van varroa. Uit de studie van Van Dooremalen blijkt dat bestrijding in juli het beste resultaat oplevert. Deze volken hebben daardoor een grotere kans om de winter te overleven. Bijenmonitor De Wageningse bijengroep adviseert al geruime tijd om vroeg te beginnen met de varroa-bestrijding. De uitkomsten van Van Dooremalen onderstrepen dit advies. De uitkomsten worden bovendien ondersteunt door bevindingen in de vorige week uitgebrachte Bijenmonitor (2011) van het Nederland Centrum Bijenonderzoek. Imkers die in juli en augustus varroa bestrijden hebben maar 14 procent wintersterfte. Dat is eenderde minder dan imkers die op andere tijdstippen bestrijden.