Minder hoge eisen of het programma verkorten. Is dat een goed idee, of degradeert het de titel?
Stefan Metz
Voorzitter Wageningse promovendiraad (verwacht in maart 2013 na vier jaar te promoveren) ‘Het vereenvoudigen of het verkorten van een promotietraject lijkt me absoluut geen goed idee. In onze kenniseconomie moet je wetenschappers in opleiding juist ruimte geven tot ontplooiing, zodat ze zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige onderzoekers. Een promotietraject is in Nederland de hoogste vorm van opleiding, dat is nu eenmaal niet voor iedereen weggelegd. Dat kandidaten afvallen is daar een logisch gevolg van. Het traject vergemakkelijken zou de doctorstitel degraderen en de status van Nederlandse promovendi aantasten. Als promovendi er te lang over doen, dan moet er misschien maar een strengere aanstellingsnorm komen.’
Prof. Martin Kropff
Rector magnificus van Wageningen University (deed eind jaren tachtig in vier jaar zijn promotieonderzoek naast zijn baan als docent bij de leer-stoelgroep theoretische teeltkunde) ‘Vijf jaar gemiddeld is te lang voor een fulltime promotiestudie waarvoor vier jaar financiering beschikbaar is. Maar het beeld is wat vertekend, omdat veel promovendi een baan krijgen vlak voordat ze klaar zijn met hun proefschrift, waardoor het soms nog lang duurt voordat de kandidaat in de aula staat. De kwaliteitseisen moeten niet veranderen. Van die kwaliteit moet je op aan kunnen. Wel is efficiënte en effectieve begeleiding belangrijk. In Wageningen wordt gerichte coaching gegeven waar veel tijd en energie in gaat zitten door de begeleiders en de onderzoekscholen. In de onderzoeksscholen leren de promovendi ook veel van elkaar. Kandidaten worden steeds serieuzer geselecteerd. Enkele jaren geleden hebben we al besloten een go/no-go moment na één jaar in te stellen en dat blijkt goed te werken.’
Dr. Nick den Hollander
Promoveerde deze week na twaalf jaar (bij Martin Kropff), werkt inmiddels bij NWO ‘Ik heb het promotietraject naast mijn nieuwe baan afgemaakt, en daar ben ik best trots op. Promovendi zijn belangrijk voor de wetenschap in Nederland. Binnen de EU zijn er verschillen, in sommige vakgebieden in Duitsland is het makkelijker. Bij ons zijn promovendi vaak in loondienst, in het buitenland hebben ze vaak een beurs als student. Minder hoge eisen stellen lijkt me onverstandig. Enkele hbo-opleidingen zijn in het nieuws geweest omdat ze te makkelijk diploma’s gaven. Door sommigen wordt nu, als dat politiek handig uitkomt, beweerd dat overal in het hoger onderwijs te gemakkelijk diploma’s gegeven worden. Dat is niet waar, maar dat beeld moet je niet bevestigen. We moeten laten zien dat we in de wetenschap de standaard hoog houden.’
Dr. Luc van Hoof
Manager bij Imares en onderzoeker bij leerstoelgroep Milieubeleid (werkte twee jaar een dag in de week aan zijn proefschrift) ‘Ik deed al tien jaar onderzoek in de visserijwereld. Die ervaring heb ik gebruikt voor mijn proefschrift. Dat is een heel andere situatie dan wanneer je net afgestudeerd bent. Je moet goed kijken waarom iemand wil promoveren en daar moet je maatwerk op toepassen. Dan is het prima als dat voor sommigen wat meer tijd vraagt. Maar als het er niet in zit, moet je er op tijd mee stoppen. Bij de leerstoelgroep Milieubeleid hebben we veel aandacht voor het go of no-go moment na één jaar. Misschien moet je dan nog kritischer zijn.’
Wilma van Esse
Promovendus laboratorium voor biochemie, is bijna vier jaar bezig en heeft nog een half jaar nodig ‘De lat lager leggen zou de titel devalueren. Het gaat om kwaliteit en niet kwantiteit. De vuistregel is vier publiceerbare hoofdstukken. Maar dat is een vaag begrip. Publicaties hebben een verschillende impactfactor en onderzoek met een hoge impact kan meer tijd kosten. Een promovendus die een artikel in Science publiceert, hoeft toch niet per se drie andere publicaties te hebben om te promoveren? Als een promovendus er langer dan vier jaar over doet hoeft dat volgens mij geen probleem te zijn. Beter goed dan half werk, beter iets meer tijd erin steken dan het afraffelen. Maar wel met een zeker realisme.’
Dr. Klaas Bouwmeester
Onderzoeker laboratorium voor Fytopathologie, deed 6,5 jaar over zijn promotie ‘Ik kan me voorstellen dat een rector denkt aan de getallen. Zoveel promoties betekent zoveel euro aan inkomsten, als het langer duurt dan is dat verlies. Aio’s vormen een markt waar je bedrijfsmatig over kunt denken. Maar tegelijkertijd is de promotie een opleidingsplek voor wetenschappers. In onze leerstoelgroep is het niveau hoog, van een promovendus wordt terecht verwacht dat ze een behoorlijk boekje maken. Over het algemeen kunnen de eisen nog wel hoger. Het moet geen doordraaifabriek worden. Misschien is de oplossing een strengere selectie van kandidaten en meer begeleiding.’
VSNU
De VSNU laat in een verklaring weten: ‘De rectoren van de Nederlandse universiteiten hebben hier op 14 maart over gesproken. De universiteiten veranderen de eisen voor de promotie niet, maar gaan de begeleiding van de promovendi intensiveren, ze gaan meer maatwerk in de promotietrajecten bieden, en de kwaliteit wordt beter gewaarborgd. Aan de eindtermen voor de promotie verandert niets, die zijn voor iedereen gelijk, maar de weg daarheen kan en moet ook grotere verschillen gaan vertonen. De rectoren willen de promotie veel meer als een opleidingstraject zien dan als een onderzoeksbaan.’