Organisatie
Medewerkers

‘Mijn kennis ondermijnt het systeem, vinden ze’

Hij zag hoe soldaten een vrouw mishandelden en bemoeide zich ermee. Sinds die tijd is de Iraanse onderzoeker Farzeen een politiek vluchteling. De universiteit van Wageningen gaf hem voorlopig onderdak, maar zijn toekomst is ongewis. 'Als het niet lukt om een promotieplek te krijgen... tja, dan weet ik niet wat ik moet.'

Geen foto, geen echte naam gebruiken… De voorwaarden die Farzeen vooraf stelde aan het interview deden een wat nerveuze persoon vermoeden, maar tijdens het gesprek blijkt de Iraanse wetenschapper buitengewoon ontspannen en vriendelijk. ‘Dat waren voorzorgmaatregelen’, legt hij uit. Meer bedoeld om zijn familie in Iran te beschermen dan zichzelf. Farzeen is een van de 21 gevluchte wetenschappers die via het programma Scholars at Risk (SAR, zie kader), zijn ondergebracht bij Nederlandse universiteiten.

Waarom ben je gevlucht?

‘Ik studeerde al in Nederland en was voor mijn afstudeeronderzoek terug in Iran. Op een dag had ik hard gewerkt in het laboratorium toen ik, op weg naar huis, zag hoe een oudere vrouw door twee soldaten werd aangevallen op straat. Ze sloegen haar met stokken. In een reflex sprong ik ertussen. "Waar zijn jullie mee bezig?" riep ik, "dit is niet normaal!" De vrouw stapte snel in een taxi en verdween, mijn doel was bereikt. Maar de soldaten namen wel foto’s van me. Terug in Nederland hoorde ik via via dat ik op ‘de zwarte lijst’ stond. Dat betekent dat je bij het passeren van de Iraanse douane een grote kans loopt om gearresteerd te worden. Dan kunnen ze met me doen wat ze willen. Ik kan in elk geval het land niet meer uit want ze nemen ook je paspoort in. Daarom ben ik in Nederland gebleven. Ik heb me niet gemeld voor een asielprocedure uit angst dat ik niet de status van vluchteling zou krijgen. Misschien is mijn geval niet riskant genoeg.’

Hoe weet je dat je in de gaten wordt gehouden?

‘Mijn vader is wel eens gebeld door iemand van de overheid. "We weten waar uw zoon mee bezig is", werd er gezegd. Verder krijg je via via veel informatie, niks is officieel bekend. Zelf heb ik ook een anoniem telefoontje gehad: "Pas maar op, we houden je in de gaten." Niet fijn.’

Heb je nog contact met je familie?

‘Via internet kan ik mijn ouders bellen, maar we kunnen niet vrijuit spreken. Je kunt in Iran alleen via overheidskanalen toegang tot internet krijgen. Het is geen onafhankelijk medium zoals hier. Als ik met mijn ouders praat dan hebben we het dus over alledaagse dingen. Wel gebruiken we vergelijkingen en metaforen, om iets over te brengen zonder het te zeggen.’

Valt het je zwaar om geen echt contact met hen te hebben?

‘Tuurlijk, maar ik ben tenminste op een veilige plek en ik wil hen op geen enkele manier in gevaar brengen. Wat wel pijn doet is dat mijn broer binnenkort gaat trouwen, en dat ik er niet bij kan zijn.’

Je komt niet over als een enorme rebel. Waarom houdt dit regime je dan toch in de gaten?

‘De regering is erg gevoelig voor mensen die buiten Iran wonen. We komen in aanraking met andere gewoonten en we leren om voor onszelf te denken. Je kunt het regime zien als een grote paraplu; als je er niet precies onder staat, ben je voor hen een tegenstander.’

Ben je als wetenschapper extra verdacht?

‘Met mijn onderzoek kan ik de omstandigheden van de boeren in Iran sterk verbeteren. Ik kan hen tijd, water en geld besparen. Daarvoor heb ik bij een Europees bedrijf een materiaal ontwikkeld dat ik graag wil introduceren in Iran. Maar zij willen het materiaal liever uit China halen, want daar willen ze graag zaken mee doen. En ze kunnen er nog wat extra geld mee opstrijken. Mijn kennis ondermijnt het systeem, vinden ze. Het kan ook zijn dat ik daarom op die zwarte lijst sta.’

Welke verschillen vallen je op nu je in Nederland woont?

‘Dat je de koningin mag beledigen als je wil, zonder dat er iets gebeurt. Soms moet ik ook lachen, bijvoorbeeld bij de ontruiming van Atlas vorige maand, toen er een verdacht pakketje was afgeleverd. Iedereen in paniek, de media erbij… terwijl er niks aan de hand was. In Iran zijn er mensen vermoord omdat ze op straat riepen: "Waar is mijn stem?". Wetenschappers zijn aangevallen en gedood. Een simpel pakketje zou nooit zoveel ophef veroorzaken.’

Wat zijn je plannen in Nederland?

‘Mijn SAR-beurs is voor een jaar. Die tijd gebruik ik om een PhD voorstel te schrijven en een vaste plek te krijgen. Als dat lukt dan kan ik hier blijven, want na vijf jaar kan ik een verblijfsvergunning aanvragen. Als het niet lukt om een plek te krijgen…. tja, dan weet ik niet wat ik moet. Daarom werk ik nu als een robot om aangenomen te worden.’

Hoe zie je de toekomst?

‘Ik blijf mijn land steunen. Dat kan door Iraanse bedrijven en boeren te helpen. Op een afstand is dat lastig, maar er zijn data beschikbaar zoals satellietfoto’s en GIS-kaarten. Daarmee kan ik iets doen. Op den duur hoop ik terug te kunnen, maar zolang dit regime aan de macht is kan dat niet. Mijn diepste wens is dat de leiders zelf een knop omzetten.’

Op verzoek van de geïnterviewde is een gefingeerde naam gebruikt.

Scholars at Risk

Sinds 2009 komen wetenschappers die in hun thuisland niet meer veilig zijn naar Nederland via het programma Scholars at Risk (SAR) in samenwerking met het UAF. Inmiddels zijn er 21 van hen aan het werk bij verschillende universiteiten. Hulp van SAR houdt in dat je een aanstelling krijgt bij een universiteit of een beurs voor een jaar, die voor de helft wordt betaald door de universiteit. In dat jaar kun je op zoek gaan naar een PhD-plek, onderzoeksgeld of een wetenschappelijke baan. Op deze manier hoef je geen asiel aan te vragen en kun je gewoon blijven werken en komt je ontwikkeling niet tot stilstand. Er zijn nu 12 Iraanse wetenschappers via SAR in Nederland aan het werk. ‘De situatie is daar nu erg lastig, en teruggaan zit er voorlopig niet in’, vertelt Berend Jonker, medewerker bij SAR. Hulp van SAR krijg je niet zomaar: ‘Je moet minstens een Master hebben afgerond, en het is belangrijk dat je een universiteit inhoudelijk iets te bieden hebt’, vertelt Jonker. Of mensen uiteindelijk teruggaan naar hun land is een persoonlijke keuze. Jonker: ‘Maar als dat gebeurt hebben ze altijd nog wat aan hun goede contacten in Nederland.’ SAR zou graag meer onderzoekers bij Wageningen UR onderbrengen. ‘Er zijn vaak mensen die er zouden passen, vanwege het internationale profiel’

Verboden Wetenschaps­monologen

Academici die in hun eigen land vervolgd worden hebben allemaal een eigen verhaal. Een aantal van deze verhalen zijn bij elkaar gebracht in De Verboden Wetenschapsmonologen, die deze maand door Nederland trekken. Op 26 maart strijkt het gezelschap neer in de Aula in Wageningen, waar Manoushka Zeegelaar een Iraans en Roger Goudsmit een Iraaks verhaal vertolkt. Na afloop is er een gesprek met Jan Douwe Kroeske en PvdA-kamerlid Jeroen Dijsselbloem.

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.