Portiersloge van TNO-gebouw in Zeist
Om te beginnen gaan TNO in Zeist en Food and Biobased Research (FBR) vanaf 1 januari samenwerken in twee innovatieprogramma’s op het gebied van voeding en biobased onderzoek. Bij die programma’s zijn enkele tientallen TNO-onderzoekers betrokken. ‘We beginnen klein en gaan dan gestaag de samenwerking uitbreiden op het gebied van voedingsmiddelentechnologie, biobased products en voedselveiligheid’, zegt Niek Snoeij, themadirecteur Gezond Leven van TNO. Hij gaat het managementteam vormen met Raoul Bino, directeur van Food and Biobased Research in Wageningen. ‘Daaronder komen mensen die verantwoordelijk worden voor de gezamenlijke deelprogramma’s van TNO en Wageningen UR’, aldus Snoeij.
De voedingsgroepen van TNO en Wageningen UR werken al samen in het topinstituut Food and Nutrition, waardoor hun onderzoeksvelden complementair zijn, zegt Snoeij. Zo hebben ze de afgelopen jaren samengewerkt bij de ontwikkeling van voedingsmiddelen met minder zout en suiker. Ook op biobased gebied werkten de onderzoeksinstituten samen, bijvoorbeeld bij de productie van bio-ethanol uit reststromen in de agrosector. ‘Nu willen we toe naar grote samenwerkingsclusters’, zegt Snoeij. Hij denkt dat Wageningen UR en TNO samen beter Europese onderzoeksprojecten kunnen binnenhalen.
De voedings- en biobased onderzoeksgroepen van TNO bestaan uit zo’n 350 onderzoekers, maar in 2017 zal blijken hoeveel daarvan naar Wageningen gaan.
Dat marktperspectief is ook de belangrijkste reden waarom TNO zijn voedingsonderzoek wil bundelen met Wageningen UR. TNO in Zeist was tot de conclusie gekomen dat ze het beste naar een campus kon verhuizen om samen te werken met een universiteit, aldus Snoeij. Toen viel de keuze op Wageningen. Het ministerie van Economische Zaken, dat zowel TNO als Wageningen UR bekostigt, juicht de samenwerking toe en heeft extra geld beschikbaar gesteld voor de twee gezamenlijke innovatieprogramma’s die in januari starten.