Thessa is een creatief type. Met haar haardos, één kant bruin en één kant blond, en felgekleurde kleding lijkt de masterstudente Food Technology zelf weggelopen uit een stripboek. ‘Mijn haar heb ik al vanaf mijn vijftiende zo. Geen idee waar ik de inspiratie destijds vandaan haalde. Ik vind het leuk om er niet als ieder ander uit te zien. Sommige mensen voelen een drempel om aan te trekken wat ze echt leuk vinden. Ik niet.’
Al vanaf haar achtste is Thessa serieus bezig met tekenen. Van haar ouders en familie kreeg ze boeken en goede tekenspullen. Ze begon strips te verzamelen, waarbij ze een fascinatie ontwikkelde voor manga, Japanse strips. ‘Westerse strips vond ik zo mannelijk en ze hebben geen echt verhaal. Manga heeft veel genres, ook voor meisjes, en de poppetjes zijn heel schattig door hun grote hoofden en ogen, en hun kleine neus. Ik tekende alles na, begon zelf dingetjes te tekenen en na een tijdje had ik een eigen stijl. Ik teken nog steeds wel eens iets na, maar m’n eigen dingen tekenen is toch het leukst, daar kan ik mijn creativiteit in kwijt.’
Vruchtenvla
Ze neemt altijd een dummy, een leeg tekenboekje, mee naar de les. ‘Als het vak me niet boeit, pak ik dat boekje erbij. Maar ook als ik moet opletten vind ik het fijn om te tekenen. Op de een of andere manier zorgt het ervoor dat ik beter kan focussen op wat de docent zegt.’ Onderwerpen voor haar tekeningen zijn meestal haar studiegenoten, dingen die ze ziet in het lab of wat ze hoort over haar studie. ‘Sommige grapjes zijn echt voor insiders. Bijvoorbeeld die over vruchtenvla waar helemaal geen fruit in zit, maar fruitaroma. Typische dingetjes voor studenten Food Technology.’
Haar ‘gekriebel’ werd opgemerkt door een werknemer van de universiteit en zo kwam ze terecht bij Jitse Schaafsma van Van Hall Larenstein. Met hem besprak ze het plan voor een boekje over de opleiding, een idee waar ze al langer mee speelde. Hij was enthousiast en zo werd Thessa illustrator van promotiemateriaal van de hogeschool. Het boekje is recent uitgekomen en wordt uitgedeeld aan aanko- mende studenten en scholieren op open dagen en meeloopdagen op de universiteit en hogeschool. Het is niet voor het eerst dat Thessa’s werk wordt uitgegeven. Ze heeft al enkele publicaties op haar naam staan die ze samen maakte met een groepje gelijkgestemden in Nederland, Amerika en Canada. ‘Maar dat doen we van ons eigen geld. Met een oplage van zo’n veertig stuks verdienden we er net genoeg aan om uit de kosten te komen. Dit boekje heeft een oplage van duizend stuks. En ik krijg ervoor betaald. Dat is echt heel cool!’