Organisatie
Medewerkers

De eenzame helft

Steeds meer internationale medewerkers nemen hun partner mee naar Wageningen. Maar zonder het natuurlijke sociale netwerk van een baan, duurt het vaak lang voordat ze zich thuis voelen. 'Wageningen heeft niet zoveel leven. Als je niet werkt, ben je wel een beetje alleen.'

‘We wisten van tevoren dat het uitdagend voor mij zou worden in Nederland’, zegt María Eugenia Maldonado Hernández. De 36-jarige Mexicaanse ontmoette negen jaar geleden haar Nederlandse man in Mexico, toen zij onderzoek deed voor haar master sociale antropologie en hij voor zijn promotie. Het stel trouwde en bleef nog vier jaar in Mexico City. Daarna voerde zijn wetenschappelijke carrière hen via de Verenigde Staten naar Wageningen. Daar wonen ze sinds augustus 2012. ‘s Ochtends ontbijt Maria met haar man, dan doet ze boodschappen, op de fiets. In de middag volgt ze Nederlandse taalles, of doet ze vrijwilligerswerk bij het asielzoekerscentrum, eens per week gaat ze naar flamencoles. En ze leest veel. Het is voor het eerst dat Maria geen baan heeft. ‘Ik heb altijd gewerkt, een eigen inkomen gehad, eigen vrienden. Met werk integreer je snel, je leert mensen kennen, evenals de taal en cultuur. Ik geef niet om status, maar ik wil mezelf graag blijven ontwikkelen.’ Daarom vind ze het frustrerend dat ze niet makkelijk werk kan vinden. ‘Vroeger leefden we in Mexico City, een hectische, bruisende stad vol leven, kunst, cultuur, lekker eten en nachtleven. Wageningen heeft niet zoveel leven. Als je niet werkt, ben je wel een beetje alleen’, geeft ze toe.

Exotische oorden

Haar ervaring staat niet op zichzelf. ‘Steeds meer medewerkers en studenten uit het buitenland nemen hun partner mee’, vertelt Marijke Bouma, beleidsmedewerker corporate HR. In 2011 kreeg de Corporate HR afdeling International Advice & Support in totaal zestig aanvragen van medewerkers van buiten de EU om de partner mee te nemen. Daarnaast zijn er, zoals in het geval van Maria, nogal wat Wageningse wetenschappers die in exotische oorden een buitenlandse partner vonden. Voor internationale partners van medewerkers is het niet makkelijk om in Nederland te integreren, legt Bouma uit. ‘Het beeld dat uit onderzoeken naar voren komt, is dat expats Nederlanders open, vriendelijk en behulpzaam vinden. Maar na afloop van de werkdag is het einde verhaal. Het is hier niet vanzelfsprekend om met je collega’s te gaan sporten of samen naar de kroeg te gaan.’ Nederland is een moeilijk land voor partners vanwege cultuurverschillen, zegt ook Astrid van den Heuvel, beleidsmedewerker interne internationalisering. ‘Nederlanders zijn vrij individualistisch. Maar als de partner en het gezin niet happy zijn, blijven de medewerkers ook niet lang.’

Huiskameravond

Om partners zich sneller thuis te laten voelen in Nederland, organiseren Van den Heuvel en Bouma maandelijkse ontmoetingen. Ze keken de kunst af bij de TU Eindhoven, die al twee jaar succesvolle huiskameravonden voor partners houdt. Op de eerste bijeenkomst in Wageningen, in juni 2012, kwamen elf mensen af. Maar inmiddels heeft het ‘partnernetwerk’ 27 deelnemers uit 14 landen, waaronder Bangladesh, Mexico, China en Zuid-Korea. Het merendeel bestaat uit vrouwen (21). ‘Sommige deelnemers waren eerst wat afwachtend, maar komen nu helemaal los. Ook ontstaan er vriendschappen, en mensen nemen initiatieven om samen te koken of te sporten’, rapporteert Van den Heuvel. De bijeenkomsten hebben een informatief ochtendprogramma, bijvoorbeeld over de gezondheidszorg, de Nederlandse taal of werk zoeken. Na een gezamenlijke lunch in het Restaurant van de Toekomst is er ‘s middags een culturele of sportieve activiteit zoals een historische stadswandeling, een rondleiding op de campus of een bezoek aan een kunsttentoonstelling of de bibliotheek.

Buren

Maria is dankbaar voor het partnerprogramma. ‘De informatie over onderwerpen als werken in Nederland is behulpzaam en het is heel fijn om mensen te ontmoeten die in dezelfde situatie zitten. Ik heb er een Spaanssprekende vriendin leren kennen met wie ik samen dingen onderneem.’ Ook Muna Udas (36) uit Nepal heeft er vrienden gemaakt, waaronder een Engelse, een Duitse en een Indiase. ‘Mijn echtgenoot is ook heel blij, omdat ik een groot deel van de tijd alleen thuis ben.’ Haar man werkt namelijk voor het Centre for Development Innovation en zit veel in het buitenland. Muna, die nu een jaar in Nederland is, is dan alleen met hun 8-jarige dochter en 3-jarige zoontje. Ze heeft dagelijks contact met haar familie in Nepal via Skype. Verder is erg close met haar buren, die kinderen hebben in dezelfde leeftijd. ‘Ze helpen met van alles en regelmatig eten we samen lunch of avondeten.’ Haar man heeft een contract tot 2015, ze wil misschien Nederlands gaan leren. ‘In Nepal was ik gelukkig, maar hier ben ik ook gelukkig. Mijn man doet het goed hier, dat voel ik ook.’

Blijven groeien

Gabriela Ignacio (32) uit Argentinië woont al meer dan drie jaar in Wageningen. Haar man was hier al een jaar, terwijl zij haar studie Computer System Engineering in Argentinië afrondde. Tijdens haar eerste maanden in Wageningen poetste ze met een taalcursus haar Engels op en deed freelance klussen voor Argentijnse bedrijven. Daarna vond ze snel werk als system engineer bij een Wagenings bedrijf dat software ontwikkelt voor onderzoek naar menselijk en dierlijk gedrag. ‘Het is een leuk bedrijf met een goede sfeer. Voor mij is dit de beste manier om te integreren, ik woon tegenwoordig zelfs Nederlandstalige vergaderingen bij.’ Maar het sociale leven in Nederland valt haar tegen. Gabriela: ‘In Argentinië is het veel makkelijker om nieuwe mensen te ontmoeten. We eten weleens met collega’s van mijn man, maar dat moet je plannen en gebeurt niet vaak. Verder heb ik bij de Nederlandse taalcursus een Venezolaanse vriend leren kennen.’ Haar man promoveert deze maand, hun volgende stap is nog onduidelijk. ‘We volgen zijn carrière, omdat het voor mij veel makkelijker is om werk te vinden. Zolang ik beroepsmatig kan blijven groeien, vind ik dat prima.’ Bovendien wil Gabriela best naar een land waar de zon vaker schijnt. ‘We zijn niet gehecht geraakt aan Nederland, misschien omdat we hier niet zoveel mensen hebben leren kennen.’

Partners ontmoeten elkaar

Elke eerste vrijdag van de maand is er een ontmoetingsbijeenkomst voor partners van internationale medewerkers en studenten. Partners kunnen dan ervaringen uitwisselen en meer te weten komen over Nederland. De bijeenkomsten zijn van 10.00 tot 14.30 uur in het gebouw Impulse op de campus. Partners kunnen zich opgeven door een mail te sturen naar Astrid van den Heuvel, astrid.vandenheuvel@wur.nl , of ‘Join’ de coming event op de Facebookpagina ‘Wageningen UR Partner Network’.

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.