In december legde de Russische inspectiedienst Rosselkhoznadzor beperkingen op aan Nederlandse zuivelexporteurs als Leerdammer, DOC Kaas en FrieslandCampina. De maatregel volgde nadat de Russische inspectie de Nederlandse zuivelexporteurs en het controle-instituut COKZ in oktober had bezocht en had gewezen op tekortkomingen in het waarborgen van de voedselveiligheid. Een Nederlandse overheidsinstantie moest verantwoordelijk zijn voor de controle op zuivel, vonden de Russen.
Daarop besloot staatssecretaris Dijksma de zuivelcontrole voor Rusland te verplaatsen van het COKZ naar de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA). De NVWA schakelde vervolgens het RIKILT in om zuivelproducten te controleren op onder meer antibiotica, zware metalen en melamine. Sinds 1 januari voert RIKILT deze analyses uit. Het gaat met name om controle op tetracyclines, een groep antibiotica. Volgens de EU-regels mag er hooguit 100 microgram tetracyclines per liter rauwe melk aanwezig zijn, maar de Russen hanteren een strengere norm van 10 microgram per liter, zegt Linda Stolker van het RIKILT. Die controleert momenteel zo’n 50 a 60 zuivelmonsters per week, hoofdzakelijk kaas.
De groep van Stolker heeft nu niet opeens veel kaas met hoge concentraties antibiotica gevonden, want de analysemethode van Rikilt wijkt technisch niet af van de methode die het COKZ tot dusverre gebruikte, zegt Stolker. Het gaat er vooral om dat het Nederlandse toezicht op export van zuivelproducten in de ogen van de Russen niet goed is georganiseerd. Nederland komt hier aan tegemoet, door het toezicht tijdelijk bij de NVWA neer te leggen. ‘De handelsbelangen zijn groot’, zegt Stolker. Nederland exporteerde vorig jaar voor 187 miljoen euro aan boter, kaas en eieren naar Rusland.