Studenten kunnen de vrije ruimte in hun bachelor gebruiken om een samenhangend pakket aan verbredende of verdiepende vakken te volgen, de zogenaamde minors. Sinds 2010 kunnen studenten, naast een door het Onderwijsinstituut (OWI) goedgekeurde minor, ook kiezen voor een zelf samengestelde minor. Als de examencommissie het pakket goedkeurt, komt dit als officiële minor op het diploma te staan. Veel studenten maken gebruik van deze mogelijkheid.
Vorig jaar wilde de universiteit paal en perk stellen aan de wildgroei van deze individuele minors. Volgens de universiteit zorgde het voor verwarring bij werkgevers en was het de vraag of de kwaliteit van het vakkenpakket wel altijd goed was. Alleen de ‘vaste’ minors mochten het label minor dragen. De studentenraad kwam in opstand tegen deze plannen, omdat de ‘vrije minor’ voor studenten juist een mogelijkheid is om zich straks te onderscheiden. Bovendien sloten niet alle door het OWI goedgekeurde minors aan bij de behoeftes van studenten.
Na evaluatie van het huidige beleid komt het OWI-bestuur tegemoet aan de wens van de studentenraad. ‘Dat minorlabel bleek heel belangrijk voor studenten, dat hebben we onderschat,’ aldus onderwijsdirecteur Tiny van Boekel. ‘We vertrouwen er op dat de examencommissies goed inschatten of de gekozen pakketten voldoende diepgang en samenhang hebben.’ Tien ‘vaste’ minors zullen nu overigens van de lijst verdwijnen omdat ze te weinig studenten trekken. Veel gekozen individuele minors tot vaste minor promoveren, is vooralsnog niet mogelijk, omdat het OWI daar geen zicht op heeft. Van Boekel: ‘Het initiatief moet vanuit de leerstoelgroepen en/of opleidingscommissies komen.’