© Shutterstock
Tijdens de olieramp met het boorplatform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico, werden er dispergeermiddelen toegevoegd aan het vervuilde water om de olie te verspreiden en op te ruimen. Deze hadden een onverwachte bijwerking: er ontstond een enorme hoeveelheid zeesneeuw. Dit is een soort snot dat wordt geproduceerd door bacteriën en plankton, waarschijnlijk onder stress. Daaraan blijft van alles plakken, zoals organisch materiaal en olieresten. Vervolgens zinkt het naar de bodem en vormt daar een laag smurrie.
‘Bij een olieramp denken mensen meestal aan zielige vogels met besmeurde vleugels, maar juist bodemdiertjes zijn erg gevoelig omdat ze moeilijk kunnen vluchten’, vertelt Van Eenennaam, die recent op dit onderwerp promoveerde bij de leerstoelgroep Marine Animal Ecology.
Verstikkend
Van Eenennaam maakte kunstzeesneeuw, die qua samenstelling lijkt op wat er gevormd werd bij het opruimen van de olieramp, en voegde dit toe aan aquariumbakken. Vervolgens bestudeerde ze het effect van olie en zeesneeuw op vier soorten bodemdiertjes: slijkgarnalen, wadslakjes, nonnetjes en foraminiferen, een soort ééncellige schelpdiertjes. ‘We hebben soorten gekozen met een verschillende levensstijl, om zo een breed beeld te krijgen.’ Het bleek dat de zeesneeuw de bodemdiertjes verstikte.
De proefopstelling van verschillende aquaria in de klimaatkamer. ©Justine van Eenennaam
Van Eenennaam: ‘Hoe gevoelig de diertjes ervoor zijn, is onder andere afhankelijk van hun beweeglijkheid.’ Slakjes kunnen bijvoorbeeld wegkruipen. ‘In het aquarium kropen ze langs het glas omhoog. Dit kan in de zee uiteraard niet, maar ze kunnen wel door het zeewater zweven naar een schonere plek.’ Nadeel was dat de slakjes de giftige zeesneeuw ook opaten.
Minder olieafbraak
De zeesneeuw belemmert daarnaast de afbraak van olieresten door bacteriën. Die breken namelijk liever eerst de zeesneeuw af, want daar zitten suikers en eiwitten in en dat is een makkelijker voedselbron dan olie. Voor de afbraak van olie is bovendien zuurstof nodig. Van Eenennaam: ‘Beestjes zoals slijkgarnaaltjes woelen de bodem om, daardoor komt er meer zuurstof in de bodem. Als deze bodemdiertjes worden verstikt, gebeurt dit veel minder.’
Ze weet niet of deze effecten ook plaatsvonden in de Golf van Mexico. ‘In ons onderzoek bekeken we Nederlandse diersoorten. Bovendien is de situatie op 1500 meter diepte niet hetzelfde als in een aquariumbak van 25 bij 25 centimeter. Zo is de druk op die diepte bijvoorbeeld veel hoger.’ Wel staat volgens haar vast dat zeesneeuw nadelig effecten heeft. ‘Dit moet meewegen bij het kiezen van de beste methode om olie op te ruimen.’
Lees ook eens:
Imares wil olieramp op Noordpool nabootsen
Wageningse kopstukken: Tinka Murk