Stikstof-minister Van der Wal maakte vorige week meer bekend over de stikstofplannen van het kabinet. Resource vroeg Tia Hermans, voorzitter van WUR’s Taskforce Stikstof, intussen hernoemd tot Taskforce Integrale Gebiedsgerichte Aanpak (IGA), om een eerste reactie.
Boeren vinden dat de minister nog weinig houvast biedt. Terecht?
‘Ik begrijp die reactie wel; de brief geeft een eerste indicatie. Het is nog niet duidelijk wat dit voor een individueel bedrijf betekent. Wat ook nog ontbreekt, is met welke maatregelen de stikstofdoelen te halen zijn. Dat wordt de échte uitdaging.’
Daarvoor zijn de provincies nu aan zet?
‘De minister stelt dat een combinatie nodig is van generieke en gebiedsgerichte maatregelen – precies wat destijds ons stappenplan stikstofkompas-NL ook betoogde. Om te kunnen inschatten wat gebiedsgericht nog nodig is, moeten de provincies wel weten wat er aan generiek beleid te verwachten is. Want generiek beleid werkt gebiedsspecifiek door. Om een voorbeeld te geven: stel dat het eiwitgehalte in rundveevoer wordt verlaagd, dan heeft dat meer effect in gebieden met veel melkvee.’
Wat betekent deze brief voor de Taskforce Stikstof?
‘Als Taskforce hebben we de integrale doelen als uitgangspunt – dus zowel de stikstofdoelen als de klimaatdoelen als de doelen uit de Kaderrichtlijn Water, want ze hangen onderling samen. De minister stipt die integraliteit wel aan, maar haar brief gaat alleen over de stikstofdoelen. Wij gaan door met onderzoeken welke maatregelenpakketten mogelijk zijn om die integrale doelen te halen, spelend met de verhouding gebiedsgericht en generiek. Ook kijken we hoe bedrijven daarin passen. Want net zoals provincies aan de nationale doelen moeten voldoen, moeten de bedrijven binnen de provinciale kaders blijven – en de impact verschilt per type bedrijf. Daarnaast kijken we naar de sociaal-economische impact van de verschillende pakketten. Voor een deel zijn dat vragen van het ministerie en provincies, deels is het onze eigen onderzoekslijn. Zo proberen we het grote plaatje in beeld te houden.’